Vetten Flashcards
1
Q
Leg uit: Adipose weefsel
A
Opslag vetcellen.
Hier kunnen vetzuren met glycerol combineren tot triglyceriden
2
Q
Leg uit: triglyceride
A
Verbinding van de 3 vetzuren met een glycerol
3
Q
Leg uit: Vetzuur
A
Component van triglyceriden
ofwel verzading, enkelvoudig onverzadigd en meervoudig onverzadigd
4
Q
Leg uit: Lipide
A
Vetten en vetachtige stoffen (op basis van vetzuren)
Hebben verschillende functies voor het lichaam
5
Q
Wat doen HDL en LDL in het lichaam?
A
Low density lipoproteïne vervoert cholesterol naar weefsel
HDL is het omgekeerde
6
Q
Geef de ideale inname voor cholesterol
A
minimum 7,2 mg per kg vetvrije massa
7
Q
Geef de ideale inname voor vet
A
tussen de 20% en 40% van het BMR