vergelijking met andere talen Flashcards
marmor
Spaans/Italiaanse ‘mármol’,
Frans ‘marbre’
candidus
Italiaans “candido” (zuiver wit),
Frans “candide” (onschuldig, puur)
dicere
Spaans: decir; Italiaans: dire;
Frans: dire
niveus
Spaans niveo; Italiaans nivale;
Frans: nivéen. Denk ook aan witte nivea crème
genus
Spaans/Italiaans: género;
Frans: genre
est
Spaans/Italiaans: es;
Frans: est;
Engels: is
videlicet
te vergelijken met het Franse à savoir of het Engelse namely
mundus
Frans: monde (wereld, afgeleid van het idee van zuiverheid en orde)
actio
Frans: action;
Engels: action (allen met een vergelijkbare betekenis van handeling of actie)
simul
Frans: simultanément;
Engels: simultaneously
conscientia
Frans: conscience;
Engels: conscience
corruptio
Spaans/Italiaans/Frans: corrupción;corruzione; corruption;
Engels: corruption
electus
Spaans/Italiaans/Frans: electo, eletto, élu (allen betekenen uitverkoren of gekozen)
Engels: elect (verkiezen, uitverkoren)
volo
Italiaans: volere;
Frans: vouloir;
Engels: will
sapiens
Italiaans: sapiente;
Frans: sage (wijze);
Engels: sapient
ille
Spaans: el/la:
Italiaans: il/la;
Frans: le/la
fundamentum
Frans: fondement;
Engels: foundation
locus
Spaans: lugar;
Engels: location;
Italiaans: luogo;
Frans: lieu
pretiosus
Spaans: precioso;
Italiaans: prezioso;
Frans: précieux;
Engels: precious
argenti
Frans: argent
Engels: argent (engelse woord Argentina is afgeleid van dit dat het land van zilver betekent
aurum
Spaans/Italiaans: oro;
Frans: or
qui
Frans: qui
scribere
Engels: scribe ;
Spaans: escribir;
Frans: écrire
firmitas
Engels: firmness
splendor
Engels: splendor;
Frans: splendeur;
Spaans: esplendor
ad
Frans: à;
Spaans: a
vero
Italiaans: vero
corium
Frans: cuir;
Spaans: cuero
harena
arena (Spaans voor zand en stadion)
rumpere
Engels: rupture
splendor
Engels: splendor;
Frans: splendeur;
Spaans: esplendor
politiones
Engels: polish
crassitudo
Frans: crassitude
proprius
Frans : propre (eigen)
obtinere
Engels: obtain
laqueus
Spaans: lazo
capere
Frans: capturer;
Engels: to capture
quoque
Spaans/Frans/Engels: also
amator
Spaans: amante;
Frans: amant
solus
Frans : seulement
se
Spaans: se ;
Frans: se;
Engels: himself/herself
thalamus
Spaans: tálamo