Thema 3 Basisstof 3 (Dieren) Flashcards
Symmetrisch
In twee gelijke helften te verdelen
Tweezijdig symmetrisch
Op één manier in twee gelijke helften te verdelen
Veelzijdig symmetrisch
Op meerdere manieren in gelijke helften te verdelen
Niet-symmetrisch
Op geen enkele manier in twee gelijke helften te verdelen
Skelet
stevige delen van een dier
Zorgt voor stevigheid en bescherming
Uitwendig skelet
Een skelet dat aan de buitenkant van een lichaam zit:
Bijv een mossel, slak en een lieveheersbeestje
Inwendige skelet
Een skelet dat aan de binnenkant van een lichaam zit:
Bijv een spons, zeekat en een mens
Mossel
Uitwendig skelet
Een schelp
Slak
Uitwendig skelet
Een huisje
Zeekat
Inwendig skelet
Een schelp van zeeschuim
Lieveheersbeestje
Uitwendig skelet
Een pantser
Mens
Inwendig skelet
Van beenderen
Dieren zonder skelet
Zeeanemoon, zeenaaktslak en een kwal
Kenmerken van de indeling van dieren
Symmetrisch en het skelet kijken ze naar
De dieren worden in 34 stammen ingedeeld
Sponsdieren
Kenmerken: niet symmetrisch, stevige hoornvezels tussen de cellen en ze zitten meestal vast op de bodem
Bijv een gele buisspons en purperen buisspons
Neteldieren
Kenmerken: veelzijdig symmetrisch, meestal geen skelet, leven in water en ze vangen hun prooi met tentakels (vangarmen)
Bijv een kwal en een zeeanemoon
Weekdieren
kenmerken: tweezijdig symmetrisch en meestal een schelp of een huisje als skelet
Bijv een mossel, inktvis, zeenaaktslak en een slak
Stekelhuidigen
Kenmerken: veelzijdig symmetrisch, inwendig skelet van kalk, de huid is bedekt met stekels of knobbels en ze leven op de bodem van de zee
Bijv zeester, zee-egel en een zeekomkommer
Geleedpotigen
Kenmerken: tweezijdig symmetrisch en het skelet is een pantser
Bijv spinachtigen, insecten, hogere kreeftachtigen (krabben) en duizendpoten
Gewervelden
Kenmerken: tweezijdig symmetrisch en een inwendig skelet
Bijv beenvissen, amfibieën, reptielen en zoogdieren (ook de mens)