Sociaal gedrag Flashcards

1
Q

Somatische-stempel theorie (Damasio)

A

Kent centrale rol toe aan lichamelijke reactie (gut feeling) als onderdeel van emotie bij totstandkoming van beslissingen en leren van fouten.

Op basis van ervaring wordt bij complexe beslissing eenzelfde emotionele fysieke sensatie op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sociale informatieverwerking

A

Koepelterm die wordt opgedeeld in 3 stadia

  1. Waarnemen van sociale informatie
    - Non verbaal
    - Verbaal
    - context
    - automatische attributies
  2. Begrijpen
    - Spiegelen van emoties/gedrag andere
    - Mentaliseren en ToM
    - Empathie
  3. reageren
    - Afstemmen en reguleren van emotie/gedrag
    - Leren van nega feedback
    - inzicht en hanteren sociale normen
    - Moreel redeneren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Non-verbale communicatie

A

Emotionele gezichtsuitdrukking (configuratie van FFA)
Blikrichting (amydala, insula)
Prosodie (stemintonatie)
Lichaamstaal

stimuli die voorrang krijgen in ons aandachtssysteem en het vermogen informatie waar te nemen bieden.

Begint heel vroeg, wordt zelfs gebruikt om te navigeren; Social referencing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ToM

A

Redeneersysteem Mentalizing met als hoofdsysteem Theory of Mind. Vermogen om eigen mentale toestand van de ander te onderscheiden en zo gedachten van anderen te voorspellen

Ontwikkeling (ToM tussen 2-4)
- FO beliefs; denken over iets
- SO beliefs; denken over wat ander denkt over gedachten van een derde

Gemeten met
- false beliefs task (Sally anne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Procesmodel van emotieregulatie

A

Idee dat emoties ontstaan in een cyclus van situatie-aandacht-beoordeling-reactie. Stadium bepaalt waarop ingegrepen wordt en hoe emoties worden ervaren/geuitVoorbeelden:

Situatie
- selectie en aanpassen van situatie

Aandacht
- Verschuiven van aandacht, afleiding

Herwaardering (Veel groter effect)
- Interpretatie van omgeving en prikkels

Reactie
- Onderdrukken, gebruik alcohol/sporten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Adequate emotieregulatie

A

Gaat gepaard met verhoogde activiteit in prefrontale schors, minder activiteit in amygdala

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Sociale normen

A

Ontstaan door cultuur

Veranderen in loop van tijd, afhankelijk van situatie en cultuur. Sociaal inschattingsvermogen nodig om ze adequaat toe te passen, dus complex.

Moreel redeneren is voorbeeld. Niet alleen sociaal aangepast, maar ook normatief oordeel over of gedrag goed of slecht is. (trolley task)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly