Bewegingsrepresentatie Flashcards

1
Q

3 aspecten van bewegingsaansturing

A

Beweging moet zijn geregistreerd in bewegingsprogramma’s

Gebruik van sensorische informatie

Gevoel van agency

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Spiegelneuronen

A

Neuronen die afgaan wanneer ze beweging zien bij iemand anders. Voeren dus zelf geen beweging uit, en toch is het gebied in de hersenen actief wat is gelinkt aan de beweging die die ander uitvoert. *alleen tijdens doelgerichte bewegingen.

Verklaringen zijn;
- Mogelijkheid tot zelf uitvoeren/imiteren beweging
- sociale cognitie, mogelijk maken ander te begrijpen
- Empathie, signalen van ervaring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Forward models

A

Concept waarbij voorspelling van consequenties van een actie kan worden gedaan op basis van intern model van motorisch systeem.
Bijv:
- volgende stadium van motorsysteem (eg snelheid)
- sensorische consequenties van een actie (zelf gemaakt of extern)

Zo’n kopie van een motorprogramma (efference copy) kan worden gebruikt om te onderscheiden of visuele bewegingsinfo wordt veroorzaakt door beweging van ogen of van object. Onderdrukt vervolgens ook onnodige info, bijv beweging van ogen.

Ook de rede waarom je jezelf niet kan kietelen (ivm voorspelling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Externe bewegingsdoelen

A

Effectieve interactie met omgeving wordt mogelijk gemaakt door hersenen die sensorische info koppelen met aansturing van beweging van motorisch systeem.

Posterieure perietaalkwab speelt belangrijke rol; bevat de hoe/waar route

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly