Emoties Flashcards

1
Q

Betekenis en Functie

A

Een reeks (auto) lichamelijke reacties op perceptie van relevante stimuli. Mentale en fysiologische toestanden die verband houden met verschillende gevoelens, gedachten en gedrag.

Vijf aspecten
1. Appraisal; Biedt evaluatie
2. Lichamelijk; Fysiologische rea
3. Actietendens: Motivatie voor reactie
4. Expressie: uitdrukking en intentie
5. Gevoelens; subjectieve ervaring

Belangrijke informatie tijdig signaleren
Via lichamelijke reacties gedrag in gang zetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Basisemoties

A

Basale, directe reactie. Vroeg ontwikkeld en leesbaar van gezichtsuitdrukking. Geproduceerd door amygdala

  1. Angst
  2. Woede
  3. Walging
  4. Vreugde
  5. Verdriet
  6. Verbazing
    (7.) minachting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Classificatie

A

Posi vs nega

Hoog vs lage intensiteit (arousal)

Toenadering vs terugtrekking (affiliatie /aversie)

Basaal (primair) vs Sociaal moreel (secundair)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Secundair/complexe emoties

A

Ook wel sociaal. Vereisen representatie van mentale toestand van andere mensen
Zijn meestal adaptief (geven vorm aan kwaliteit van sociale relaties)
- Aangeleerd (later dan basis)
- Situatie/context
- complex netwerk (amygdala, FC, BG)

Eg jaloezie, rouw, empathie, dankbaarheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly