Mensen met een chronische ziekte of een handicap Flashcards
Indeling voor functioneren van mensen, ICF, 3 perspectieven
ICF = international classification of functioning (, disability and health)
3 perspectieven:
- de mans als organisme: functies van lichaam (fysiologisch en mentaal) en anatomische eigenschappen (positie, aanwezigheid, vorm, continuïteit van onderdelen van lichaam)
- het menselijk handelen: activiteiten en beperkingen
- participatie: de persoon in wisselwerking met zijn omgeving, kan iemand meedoen aan het maatschappelijk leven op alle levensterreinen en doet hij dat ook
Chronische ziekten, voorbeelden
- Astma, aandoening van de luchtwegen
- Chronische bronchitis, aandoening van de longen
- Longemfyseem, degeneratieve aandoening van het longweefsel
- COPD (chronic obstructive pulmonary diseases), verzamelnaam voor vorige drie aandoeningen
- Hartfalen
Lichamelijke handicaps, soorten
- Zintuiglijke stoornissen: stoornis aan een of meer zintuigen
- Motorische stoornissen: stoornis in de motoriek
- Orgaanstoornissen: een of meer organen functioneren niet of niet goed
- Spraak- of taalstoornissen: problemen met spreken of begrijpen van taal
Aangeboren handicap, handicap op latere leeftijd, omgaan met mensen met lichamelijke handicap
Houding van omgeving speelt belangrijke rol in hoe degene zich voelt en gedraagt.
Soms zware belasting voor de omgeving.
Op latere leeftijd door ongeval of ziekte, verlies van iets wat je niet kunt missen, komt terecht in angst verwekkende toestand van spanning.
Omgang met mensen met lichamelijke handicap:
- vaak medelijden
- bewustwording
- begrip en inlevingsvermogen nodig
directe omgeving betrekken bij hulpverlening
verstandelijke handicap, definitie, oorzaken, aandachtspunten
Een aangeboren of vrij snel na de geboorte ontstane stoornis van de verstandelijke functies.
Oorzaken:
- genetische afwijkingen
- medicijngebruik tijdens zwangerschap
- ziekte tijdens zwangerschap
- zuurstofgebrek tijdens bevalling
- niet- of te laat behandelde ziekte
Aandachtspunten:
- inschatten van het snapvermogen, tot afstemmen van de omgang op intelligentie en intellect
- opletten met foutief inschatten van de intelligentie bij spraakstoornissen
Psychische en/of sociale problemen, crisissituaties, psychische gestoordheid, oorzaken
Crisissituatie: situatie waarin het geestelijk evenwicht tijdelijk of langdurig is verstoord
Psychische gestoordheid: een toestand van de persoon van meestal tijdelijke en soms blijvende aard. Komt tot uiting in niet-aangepast gedrag dat storend werkt in de omgang met anderen.
Oorzaken:
2 stromingen:
- medisch model, zoeken de oorzaken van de ziekte in de persoon zelf
- sociologisch model: men denkt dat de oorzaken overwegend voortkomen uit de ziekmakende relatie tussen de cliënt en de mensen om hem heen
Sociopsychologische oorzaken: samenspel van factoren, bijv. erfelijke aanleg voor psychische stoornis, bij overbelasting later geestesziek
Fysiologische oorzaken: lichamelijk, ongeval, tumor in de hersenen, zuurstofgebrek hersenen, ernstig voedsel- en slaapgebrek, langdurig gebrek aan zintuiglijke prikkels, vergiftiging, drugsmisbruik
Erfelijke oorzaken: genetisch bepaald
Meestal multifactorieel: door samenhang van oorzaken.
Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, doel, assen
Doel: onderlinge vergelijking van psychiatrische patiënten mogelijk maken door ondubbelzinnige definities op te stellen waaraan iemand moet voldoen om in een bepaalde groep te vallen
5 diagnostische assen:
- ASI: primaire symptomatologie (de ziekte)
- ASII: achterliggende persoonlijkheidsstoornissen en de specifieke ontwikkelingsstoornissen
- ASIII: bijkomende lichamelijke ziekten die psychiatrisch ziektebeeld geven
- ASIV: psychosociale en uitlokkende factoren
- ASV: niveau van functioneren