Marketing - H4 Flashcards
Welke twee deelprocessen bestaat het ‘informatieverwerkingsproces’ uit?
1) Perceptieproces: een psychologische activiteit waarbij het individu zintuiglijke prikkels selecteert en interpreteert
2) Geheugenproces: bestaat uit het tijdelijk of permanent opslaan van wat men waarneemt
Welke twee factoren beïnvloeden het ‘informatieverwerkingsproces’?
1) Kenmerken van de consument - interessepatroon, behoeften, stemmingen en gevoelens
2) Kenmerken van stimuli in de omgeving waarin deze stimuli aan de consument worden aangeboden
Wat is ‘exposure’ en welke 3 onderverdelingen horen daarbij?
1) Actieve exposure: de consument gaat op zoek naar informatie over producten, diensten en merken. Hierin gaat hij selectief te werk
2) Passieve exposure: de consument wordt met bepaalde informatie geconfronteerd, terwijl hij daar niet naar op zoek is
3) Forced exposure: situatie waarin het de consument moeilijk wordt gemaakt zich aan de reclame te onttrekken
Welke 2 factoren bepalen of aandacht wordt getrokken en zich doorzet?
1) Persoonlijke factoren
1a) behoefte, motivatie en interesse
1b) attitudes en waarden
1c) gewenning
2) Stimulusfactoren
Welke drie soorten ‘stimulusfactoren’ zijn er?
1) Fysieke
2) Cognitieve
3) Emotionele
Welke fysieke stimulusfactoren zijn er?
1) Kleur
2) Grootte en intensiteit
3) Positie in het medium
4) Nieuwheid en contrast
5) Beweging
Wat zijn cognitieve stimulusfactoren?
Cognitieve stimulusfactoren stellen ons voor problemen: We vragen ons af wat het nu precies betekent, wat we horen of zien
Wat zijn emotionele stimulusfactoren?
Emotionele stimulusfactoren gaan over het samenstellen van beelden die humoristisch, erotisch van aard zijn, verdriet of blijdschap bevatten
Welke 3 onderverdelingen kunnen gemaakt worden bij het onthouden van informatie?
1) Sensorisch geheugen: fractie van een seconde
2) Kortetermijngeheugen: 10 tot 30 seconden
3) Langetermijngeheugen: langere tijd