Maag- en Darmziekten Flashcards
H2-Antihistaminica
(Ranitidine)
WERKINGSMECHANISME
“Competitief antagonisme van H2-receptoren op de basolaterale membraan van de pariëtale cellen → inhibitie van maagzuursecretie uitgelokt door histamine, maar ook door gastrine en acetylcholine want
- ->gastrine en acetylcholine werken deels indirect door vrijstelling van histamine;
- ->intracellulair mechanisme van transductie van histamine potentialiseert dit van gastrine en acetylcholine.”
H2-Antihistaminica
(Ranitidine)
EFFECTEN
Inhibitie van de basale en de gestimuleerde zuursecretie
H2-Antihistaminica
(Ranitidine)
INDICATIES
- Ulcus duodeni en maagulcus (bij aanwezigheid van Helicobacter pylori in maag of duodenum opteert men wel voor poging tot eradicatie van H. pylori met een schema op basis van een protonpompinhibitor in combinatie met antibiotica zoals amoxicilline en clarithromycine).
- Refluxoesofagitis.
- Preventie van stressulcera nabepaalde ingrepen en bij ernstige aandoeningen als shock en sepsis.
- Preventie van gastro-intestinale ulcera door NSAID bij risicopatiënten.
- Dyspepsie, gastritis, pyrosis zonder bekende etiologie (als antacida falen)
H+/K+-ATPase-inhibitoren (protonpompinhibitoren)
(Esomeprazole)
(Pantoprazole)
WERKINGSMECHANISME
“Afbraak in zuur milieu vandaar toediening in maagsapresistente farmaceutische toedieningsvorm. Na resorptie in de dunne darm worden de pariëtale cellen bereikt via de bloedbaan.
kke basen accumulatie in zeer zuur milieu van de secretorische canaliculi door continue omzetting naar de geïoniseerde vorm (““ion trapping””). Deze wordt omgezet naar de actieve metaboliet, welke de protonpomp (H+/K+-ATPase) inhibeert.Inhibitie van de protonpomp → inhibitie van de zuursecretie door elke stimulus.Het betreft irreversibele inhibitie → de novo synthese vereist → lange werkingsduur (> 24 u) zelfs na eenmalige toediening.”
H+/K+-ATPase-inhibitoren (protonpompinhibitoren)
(Esomeprazole)
(Pantoprazole)
EFFECTEN
Zeer kractige inhibitie van de basale en de gestimuleerde zuursecretie.
H+/K+-ATPase-inhibitoren (protonpompinhibitoren)
(Esomeprazole)
(Pantoprazole)
INDICATIES
“•Maag-en duodenumulcus, ook wanneer weerstandig aan H2-antagonisten (bij aanwezigheid van Helicobacter pylori in maag of duodenum worden protonpompinhibitoren gebruikt in combinatie met antibiotica ter eradicatie van deze bacterie).
•Refluxoesofagitis.
•Zollinger-Ellison syndroom (gastrinoom in pancreas).
•Preventie van gastro-intestinale ulcera door NSAID bij risicopatiënten.”
H+/K+-ATPase-inhibitoren (protonpompinhibitoren)
(Esomeprazole)
(Pantoprazole)
BIJWERKINGEN
InteractiesEsomeprazol, lansoprazol en omeprazol inhiberen CYP2C19 → gereduceerde afbraak van geneesmiddelen zoals fenytoïne en warfarine, en het hypoglykemiërende sulfamide glibenclamide
Prostaglandine E1-analogen
WERKINGSMECHANISME
“•Stimulatie van prostaglandinereceptoren op de pariëtale cellen → inhibitie van de zuursecretie.
•Cytoprotectie: bescherming van maagmucosa tegen agressieve agentia, onafhankelijk van invloed op de zuursecretie, o.a. door
–>stimulatie van bicarbonaatsecretie
–>verhoging van de mucosale bloedflow”
Prostaglandine E1-analogen
EFFECTEN
Inhibitie van de zuursecretie is belangrijkste klinische effect.(Voor genezing van ulcera zijn bij de mens zuursecretie-inhiberende dosissen nodig.)
Prostaglandine E1-analogen
INDICATIES
Preventie van gastro-intestinale mucosale letsels door NSAID bij risicopatiënten.
Prostaglandine E1-analogen
BIJWERKINGEN
Contra-indicaties
Zwangerschap wegens stimulatie van uteriene contracties
Antacida
WERKINGSMECHANISME
“Basische verbindingen → neutralisatie van maagzuur.Vermindering van de pepsine-activiteit door stijging van de pH boven de optimale waarde(pH 2) voor peptische proteolyse.
Zeer potent, snelwerkend, resorbeerbaar: NaHCO3, CaCO3Minder potent, minder vlug werkend: magnesium-en aluminiumverbindingen zoals MgOH2 en AIOH3.
CaCO3 + 2 HCl → CaCl2 + H2O + CO2
NaHCO3 + HCl → NaCl + H2O + CO2
MgOH2 + 2 HCl → MgCl2 + 2 H2O
AlOH3 + 3 HCl → AlCl3 + 3 H2O”
Antacida
EFFECTEN
Vermindering van symptomen berustend op zuur in de maag (pyrosis, epigastrische pijn).
Antacida
INDICATIES
Pijnverschijnselen i.v.m. zuur in de maag (bij ulcera, refluxoesofagitis; bij dyspepsie en gastritis).
Antacida
BIJWERKINGEN
“Beschikbare preparaten zijn quasi altijd associaties.Mogelijke problemen hangen af van samenstelling.
Als resorbeerbaar antacidum aanwezig is
–>Alkalose, zoutretentie (NaHCO3) en calciurie (CaCO3).
Aluminium-+ magnesiumverbinding (bv Maalox®, Maglid®)
–>Constiperend (Al) en laxerend (Mg) effect neutraliseren elkaar.
–>Geen noemenswaardige retentie van Al of Mg, tenzij bij nierinsufficiëntie.”