Lesson 14 Flashcards
ZNにはZNの～がある
“Elk [ZN] heeft zijn eigen [~]” of “Voor elk [ZN] is er een eigen [~]”
* Eigenschap v iets
Vb.
1. 家には家のルールがある。
2. 本には本の面白さがある。
ZN1はZN1なりにWW (deel 1)
“ZN1 doet iets op zijn eigen manier”
* Een actie (= ww) wordt uitgevoerd binnen mogelijkheden, stijl of beperkingen van ZN1
* Unieke karakter/aanpak
Vb.
1. 私は私なりに頑張っています。
2. 子供は子供なりに遊んでいる。
& ZN1はZN1なりのZN2 (deel 2)
“ZN1 heeft een eigen [ZN2]”
* Toont aan dat ZN1 een eigen uniek vorm v ZN2 heeft
Vb.
1. 子共は子供なりの悩みがある。
2. 私には私なりの考え方がある。
3. この町にはこの町なりの魅力がある。
～くせに
“Terwijl”, “hoewel”, “ondanks”
* Drukt spreker zijn frustratie, walging enz uit
Vorm:
* ZN + のくせに
* な-adjective + なくせに
* い-adjective いくせに
* WW 行くくせに
Vb.
1. 学生のくせに全然勉強しない。
2. 簡単なくせに文句ばかり言う。
3. 若いくせにすぐ疲れる。
4. できるくせに手伝わない。
Z1 (= reden) ～っていう/という理由で Z2 (gevolg)
“Om de reden dat”, “voor die en die reden”
* っていう is sprektaal v という
* “voor de reden v Z1, Z2
Vorm:
* ZN + であるという
* な + だという
* い + いという
* WW + 行くという
Vb.
1. お金がないという理由で旅行に行きません。
2. 彼は忙しいという理由で連絡してくれなかった。
XとともにＹ
2 betekenissen:
1) “Samen met”
* Twee dingen tegelijk of samen uitgevoerd
* Altijd een ZN voor de とともに
Vb.
1. 彼は家族とともに日本に引っ越した。
2. 東京はならとともに日本の古い町です。
2) “Als X gebeurt, Y ook”
* Verandering in ene, beinvloedt het andere
* Oorzaak-gevolg relatie
* Kan beginnen met ZN of WW
Vb.
1. 言葉は時代とともに変化する。
2. 時代の変化とともに、人々の考え方も変わった。
3. 彼が頑張るとともに、私も頑張る。
XをYにまかせる
“X aan Y overlaten/toevertrouwen”
* Vaak wnr leiding/controle wordt aan een ander gegeven
Vb.
1. プロジェクトを彼にまかせる。
2. 仕事を部長にまかせる。
3. その仕事を私にまかせて下さい。
XたびにY
“Telkens wanneer X zich voordoet, Y ook”
* volgt KT v ww
* ZN + の
Vb.
1. 彼に会うたびに、楽しい気分になる。
2. 日本に行くたびに、新しいことを学ぶ。
<> とともに: de vertaling is echt “telkens” terwijl とともに gewoon aanduide dat
WW + てくれたらと思います
“ik zou het op prijs stellen als iemand [iets zou doen]” of “ik hoop dat iemand [iets zou doen].”
* Net zoals てくれたらいいと思います
* Drukt sprekers wens of hoop uit
* Letterlijk = het zou leuk zijn als~
Vb.
1.手伝ってくれたらと思います。
2.もう少し静かにしてくれたらと思います。
