Lesson 11 Flashcards
～もんですから/ものですから
“omdat ~”
* Gebruikt om een reden voor een situatie te presenteren
* Reden voor wanneer de spreken schuldig voelt voor wat er is gebeurd, maar gevolg was onvermijdbaar
Vb.
1. すみません。お酒は苦手なものですから。
2. 遅くなってごめんなさい。 電車が遅れたもんですから。
～うちに
‘terwijl een bepaalde situatie afspeelt’
* ZN, adj, en ww komen ervoor
* Betekent dat je iets moet doen voor de tijd ‘op’ is, of wanneer een baaplde periode in je leven voorbij is
Vb.
1. 学生のうちに旅行をした方がいい。
2. まだ明るいうちに帰りましょう。
最中: Na het B verandert de mood
Vs.
間に: gewoon gedurende A gebeurt B
Xが気になる
‘Weegt op de geest; bezorgd zijn over”
* Kan zowel met ZN als genominaliseerde zin (+ の)
Vb.
1. 宿題が気になる
2. 彼女の気持ちが気になる。
どうしても (+/-)
Zowel negatief als positief
A) Negatief: “kan het niet doen hoe hard je ook probeert”
vb.
1. どうしても寝られない。
2. どうしても食べられない。
B) Positief: “hoe dan ook”
Vb.
1. どうしても一度スカイダイビングをしたい。
2.
つい
“onopzettelijk”
* Vaak in combinatie met てしまう
Vb.
1. つい買いすぎてしまった。
2. つい寝てしまった。
3. つい言ってしまった。
ZNにきをつける
“Aandacht geven aan; voorzichting zijn voor~”
Vb.
1. 彼の言葉に気をつけて。
2. 火に気をつけてください。
Nog andere idiomische uidrukkingen met 気:
- ～にきがつく~= “realiseren; operken”, vb. 自分の間違いに気がつきました。
- WW (KT) 気になる = “zich ertoe zetten om”, vb. この映画を見る気になる。
WW (KT) ようにお願いする/言う/頼む
“Vragen/vertellen/iemand iets vragen om iets te doen”
* ように als indirecte bevel of verzoek
* Vgl. てくださいと言う // なさいと言う
Vb.
1. 友達に早く来るようにお願いした。
2. 手伝ってくれるように頼まれた。
2. 勉強したように言われた。
WW (volitional) としたら
“Toen ik op het punt stond om (werkwoord)”
- U
Volitional
- う = おう 行こう
- る = よう 食べよう
- する = しよう
- 来る = こよう
Vb.
1. 行こうとしたら、雨が降ってきた。
2. 勉強しようとしたら、友達が遊びに来た。
Xて、Yくらいだ
“x, in zoverre Y”
* De schatting of een mate van iets aan te geven
* くらい kan ook voor de situatie die het beschrijft => Y くらい X
Vorm:
- な = 元気なくらい
- い = 寒いくらい
- WW = 行くくらい
Vb.
1. 歩きすぎて、足が痛くなるくらいです。
2. 休みが必要なぐらい疲れています。
3. その山、雲が見えないくらい高いです。
WW (KT, VT) ものだ
“deed”
* In de zin v ‘ik deed vroeger (ww)’
* Herinneringen ophalen aan het verleden
Vb.
1. 子供の頃はよく遊んだものだ。
2. 学生の頃は勉強が大変だったものだ。
WW (stam) たて
‘iets is juist gedaan’
* Of iets dat vers, net gedaan is
Vb.
1. あのスーパーは取りたての新鮮な野菜を売っている。
2. 作りたての料理を食べるのが好きです。
