Les 3: Vrij verkeer van goederen Flashcards
Wat zijn de 4 vrijheden?
- Goederen
- Personen:
- Werknemers
- Vestiging
- EU-burgerschap
- Diensten → vestiging zit momenteel samen met vestiging.
- Kapitaal + betalingen
Wat is de wettelijke basis van het vrij verkeer van goederen en de geschiedenis?
- Art. 28, lid 1 VWEU: Verwijzing naar de douaneunie: strekt zich uit door het goederenverkeer en verbiedt in en uitvoerrechten van gelijke rechten en ook nog gemeenschappelijk douanetarief.
- Natuurlijke evolutie: van een vrij handelszone → douane unie → interne markt → EMU.
- Vrij handelszone = eerste stap en dat is een stap die wij nooit hebben gezet in de EEG: Bv. EFTA = hierin zeg je, de goederen mogen tussen lidstaten vrij circuleren:
- Douanetarieven bevriezen
- Douanetarieven herleiden tot 0
- Nadeel vrije handelszone: je zult nog steeds moeten blijven volgen waar de goederen vandaan komen. Als je ze wil uitvoeren = zul je toch moeten terugvallen op het bilateraal verdrag op het derde land en het land van oorsprong (bv. België)
- Dus certificaten van oorsprong die u vertellen waar het goed vandaan komt.
- Vrij handelszone = eerste stap en dat is een stap die wij nooit hebben gezet in de EEG: Bv. EFTA = hierin zeg je, de goederen mogen tussen lidstaten vrij circuleren:
- Beter: douaneunie: intern grenzen open stellen (betekent niet noodzakelijk naar 0 tarief, je kan de bestaande tarieven bevriezen) + ook om het even welk land naar derde land = gemeenschappelijke buitentarieven vastgelegd.
- Derde stap: interne markt = koppelen aan de 4 vrijheden, niet enkel in woorden maar ook echt! Ook combineren met een eengemaakt monetair beleid = EMU.
Hoe delen we de douane unie in?
- Douaneunie: art. 28 VWEU:
- Onderscheid maken tussen alles tussen lidstaten & derde landen en alles wat tussen lidstaten is.
- Lidstaten & derde: gemeenschappelijk douanetarief → volledig geharmoniseerd = douanewetboek van de unie
- Alles tussen lidstaten: dit is vrij verkeer
- Vrij verkeer: Alles wat geharmoniseerd is = positieve harmonisatie:
- Verordeningen, richtlijnen over goederen, productrichtlijn (bv. chocoladerichtlijn = wanneer is iets chocolade)
- Geharmoniseerde primeert op alles wat niet geharmoniseerd is!
- Alles wat niet geharmoniseerd is = negatieve integratie
- Tarifair = art. 30 en 110
- Alles wat niet tarifair is: ook handelsmonopolies
Wat zijn de algemene voorwaarden voor vrij verkeer van goederen?
- Goederen
- Gedrag van een lidstaat
- Grensoverschrijdend element
Wat is een goed onder vrij verkeer?
- Case: Commissie / Italië: kunstschatten: 1968
- Veel discussies over welk soort goederen het zijn = welke post moeten we het op brengen.
- Wiener arrest ook: 1997
- Zijn dieren goederen? Zijn lichaamsdelen goederen? Zijn onroerende goederen goederen?
- Ja!
Commissie / Italië: kunstschatten 1968
- Uitvoerrecht op voor alles wat kunst is. Commissie zegt: nee, mag niet.
- Vraag: is kunst niet té belangrijk = kan je hier zomaar het vrij verkeer van goederen toepassen?
- Commissie zegt: goederen = alles wat waren zijn die op geld waardeerbaar zijn en als zodanig het voorwerp van handelstransacties kunnen vormen. Kunst = op geld waardeerbaar en kan het voorwerp vormen = goed. Hoe verheven het ook kan zijn.
- Op geld waardeerbaar = dus ook iets met een negatieve waarde, waarvoor je moet betalen om het overdragen naar een andere lidstaat: zie Waalse afvalstoffenzaak 1992: Wallonië was afval aan het dumpen maar dit zijn goederen.
Wiener arrest: 1997
- Lang discussiëren of iets een nachtkleed is of lingerie: hoe onderscheiden. Deze zaken zijn schering en inslag maar doen niet af aan de ruimere definitie van goederen.
Wat is geen goed onder het toepassingsgebied van het Verdrag?
- Geld: munstuk van 50 cent -> vrij kapitaalverkeer want het is geld
- Wat wel een goed is:
- Kernafval
- Elektriciteit
- Print van ROA = ondanks dat het op een muur staat
Case Schindler :1994
- Lottobiljetten werden vanuit Duitsland opgestuurd naar andere lidstaten: zijn het diensten of goederen?
- Hof zei: in dat geval primeert de component diensten.
- Dat kan al eens wijzigen de inzichten van het Hof.
- Zie Burmanjer (2005): ambulante handel: mensen die abonnementen verkochten op straat = goederen.
- Visser (2018): hetzelfde een zaak van dienstverlening.
Wat is de 2de toepassingsvoorwaarde?
- Gedrag van een lidstaat:
- Verandering: traditioneel zijn de 4V gericht tot lidstaten: MAAR
- Brede opvatting lidstaat: alle regionale overheden, publieke ondernemingen (zaak Foster, Marschal), ook private organen onder controle van de overheid (zie Waalse afvalstoffen: verdedigd door België)
- Case Buy Irish
- Lidstaat ook verantwoordelijk voor (wan)gedrag voor individuen
- Case Spaanse aardbeien
- Brede opvatting lidstaat: alle regionale overheden, publieke ondernemingen (zaak Foster, Marschal), ook private organen onder controle van de overheid (zie Waalse afvalstoffen: verdedigd door België)
Spaanse aardbeiden: 1997
- Franse boeren krijgen het op hun heupen van Spaanse aardbeiden: 1997.
- Commissie richt zich toch tot Frankrijk, want zij hadden dit moeten stoppen! Frankrijk had maar het beginsel moeten naleven van loyale samenwerking met de Unie. Als je gedrag tolereert van je onderdanen dat het vrij verkeer onmogelijk maakt, dan zal je zelf worden aangesproken.
- Frankrijk heeft daar een heleboel tegenargumenten: slachtoffers vergoed, concurrentie is bijzonder zwaar geworden en anderen leven ook het EU-recht niet na. Maar je mag het recht niet in eigen hand nemen, niet voldoende slachtoffers vergoed,…
- Alle Franse argumenten van tafel gegooid.
Wat is er als gevolg van Spaanse aardbeien ingeschreven?
- Codificering van het Spaanse Aardbeien arrest in Verordening nr. 2679/98: inzake werking interne markt en vrij verkeer van goederen:
- Als lidstaat moet je ervoor zorgen dat het vrij verkeer van goederen wordt gevrijwaard maar verordening zegt ook:
- Art. 2: maar geen afbreuk aan uitoefening grondrechten zoals het stakingsrecht.
- Dus vrij verkeer ja, maar er zijn ook niet-economische belangen die gevrijwaard moeten worden.
Wat is de Dassonville formule?
- “Iedere handesregeling der lid-staten die intracommunautaire handel al dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel kan belemmeren, is als een MWG te beschouwen”.
- Nadruk op handelsregelingen van lidstaten maar: arresten zoals Delhaize.
- Vertrokken vanuit lidstatelijk gedrag voor vrij verkeer van goederen maar de laatste stap = minder en minder waar → nu ook volledig rechtstreekse werking in de relatie tussen particulieren.
- Zie Fra.bo
Arrest Delhaize: C-47/90
- Niemand zal dit arrest kwalificeren als rechtstreekse horizontale werking van het vrij verkeer van goederen, maar nochtans heel dicht in de buurt.
- Delhaize bestelt wijn bij Spaanse onderneming maar Spaanse groothandel zegt dat ze niet meer mogen leveren ontgebottled (hadden eigen bottelarij).
- Nieuwe regeling in Spanje die beschermt Rijoa wijn en dus niet ongebottled de streek mag verlaten omdat je niet weet wat er mee gebeurd = kwaliteit staat op het spel.
- Delhaize dagvaardt: puur privaatrechtelijke conflict tussen 2 ondernemingen.
- Rechter: wettelijkheid wordt in vraag gesteld van de Spaanse bescherming van oorsprong-regelgeving: Prejudiciële vraag aan HvJ.
Wat zei het Hof in Delhaize?
- HvJ: uitvoerbeperking en dus beperking vrij verkeer van goederen.
- Wel binnen streek kon dat wel vrij geleverd worden.
- Dus terug naar nationale rechter → gevolg: 1 particulier wint en 1 particulier verliest in een louter horizontale situatie als gevolg van EU-recht.
- Spaanse wettelijke regeling: is die verboden door art. 35 VWEU = uitvoerbeperkingen?
- Ja schending
- Mag een particulier zich tegen een andere particulier op een inbreuk beroepen?
- Ja: Artikel 35 is rechtstreeks toepasselijk en verleent dus rechten mistdien moet worden geantwoord dat particulieren zich voor de rechterlijke instanties van de lidstaten in gedingen tussen hen en andere particulieren op artikel 35 kunnen beroepen.
Heel dicht bij horizontale rechtstreekse werking van art. 35!
Arrest Fra.bo: C-171/11 feiten
- Italiaanse onderneming die tussenstukken (copper fittings) maakt voor waterpijpen. Ze willen hun copper fittings gecertificeerd krijgen voor verkoop op Duitse markt.
- Privaatrechtelijke organisatie in Duitsland, niet gefinancierd door Duitse regering maar die organisatie weigert de copper fittings te certificeren voor verkoop in Duitsland.
- PV aan Hof:
- Enerzijds: privaatrechtelijke organisatie, lidstaat geen beslissende invloed maar toch gaan ze na of de activiteit van zo een privaatrechtelijke organisatie het vrij verkeer van goederen belemmerd op dezelfde wijze als een overheidsmaatregel.
- En als dat zo is → artikel 34 van toepassing op privaatrechtelijke organisatie. Dat is nog een stap verder dan Delhaize! Delhaize bleef wel gewoon werken, art. 34 op de achtergrond wel grote rol.
Wat zei het Hof in Fra.bo?
Maar hier art. 34 toepasselijk op dat gedrag → combinatie van factoren waarom ze dit doen:
- Duitse wetgever heeft bepaald dat alles wat de organisatie bepaald = in overeenstemming is met het nationale recht en dus verkocht mag worden.
- Je kan uw certificaat enkel bij de organisatie gaan halen (er was een heel moeilijke andere procedure)
- Ontbreken van certificaat maakt het aanzienlijk moeilijker om uw product te verhandelen op de Duitse markt.
- Die 3 dingen samen → in dergerlijke omstandigheden: zo een privaatrechtelijke organisatie in werkelijkheid de toegang tot de Duitse markt kan regelen. Dus ook behandelen alsof u een overheid zou zijn.