Les 12, risico's in het het gezin Flashcards

1
Q

Gezin

A

Sociale entiteit die de primaire unit is van affiliatie met anderen welke een lange termijn bestaansmogelijkheid heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Socializatie

A

Het proces waar kids vaardigheden, moralen en normen krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welk type mishandeling komt het vaakst voor

A

Verwaarlozing, is ook moeilijk te behandelen door hechtingsproblematiek, en disregulatie van het stressregulatie systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welk deel van de huwelijken eind in scheiding?

A

50% van de eerste huwelijken
60% van de tweede huwelijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welk deel van de gescheide gezinnen wordt een eenoudergezin

A

30%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe zien de meeste eenoudergezinnen eruit

A

Met alleen de moeder, in 85% van de eenoudergezinnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het gevolg van een scheiding

A
  • Inkomensdaling
  • Minder ouderlijk toezicht
  • Hertrouwen, samengestelde gezinnen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe veranderd gedrag na een scheiding

A

Meer externaliserend gedrag bij zowel jongens als bij meisjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Warm en controlerend ouderschap

A

Autoratief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Koud en controlerend ouderschap

A

Autoritair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Warm en niet controlerend

A

Permissief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Koud en niet controlerend

A

Negerend verwaarlozend ouderschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Opvoedigsstijlen van de ouders

A

Adequate aandacht
Onbereikbare ouders
Onberekenbare ouders
Onsamenhangende ouders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Adequate aandacht

A

Voldoende ondersteuning
Oog voor frustraties
Stabiliteit
Warmte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat voor effect heeft adequate aandacht op het kind

A

Veilige hechting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Veilige hechting

A

Troost en steun zoeken
Exploreren

17
Q

Onbereikbare ouders

A

Opdringerig en tegenstrijdig
Eerder te veel stimulatie en verwachtingen
Controlerend en invasief
Verstikkend

18
Q

Effect van onbereikbare ouders op het kind

A

Onveilige vermijdende hechting

19
Q

Onveilige vermijdende hechting

A

Geen troost of steun zoeken
Makkelijk kind
Niet geraakt, onderkoeld
Doorgaan met exploreren
Naar buiten gericht

20
Q

Onberekenbare ouders

A

Wisselend beschikbaar
Weinig responsief
Weinig betrokkenheid
Weinig stimulatie en steun
Weinig sensitief

21
Q

Effect onberekenbare ouders op het kind

A

Onveilig ambivalent gehecht

22
Q

Onveilig ambivalent gehecht

A

Grote ontregeling bij stress
Vastklampen en boos
Moeilijk te troosten
Weinig exploreren

23
Q

Onsamenhangende ouders

A

Tegenstrijdige stimulatie
Onvoorspelbaar gedrag
Angstaanjagend en bizar gedrag
Geen veiligheid

24
Q

Effect onsamenhangende ouders op kind

A

Gedesorganiseerde hechting

25
Q

Gedesorganiseerde hechting

A

Chaotische hechting
Wisselende reacties op scheiding

26
Q

Kritiek op model van type ouderschappen en kinderhechting

A

Een correlatie is geen verband, er is een wederzijds verband, de genetische overdracht wordt verwaarloost en er wordt niet gekeken naar een derde variabele (bv leeftijdsgenoten)

27
Q

Dynamische theorie

A

Door veranderingen bij de adolescent en verandering bij de ouders neemt het kind meer afstand in de pubertijd

28
Q

Verandering bij de adolescent

A

Puberteit
Cognitie
Sociale interactie
Overstap naar middelbare school

29
Q

Verandering bij ouders

A

Echtelijke ontevredenheid
Middelbare leeftijd
Lichamelijke verandering
Reflectie op professioneel en persoonlijk leven

30
Q

Gender en conflict

A

Meisjes hebben tot de 15 meer conflict dan jongens, hierna is het gelijk

31
Q

Key principes van systeem therapie

A
  1. Elk gezin bestaat uit subsystemen en wordt beinvloed door wijdere systemen
  2. Elk gezinssysteem kent een hierarchie
  3. Elk gezinssysteem is op zoek naar homeostase en evenwicht
  4. Elk gezin kent een geidentificeerde patient
32
Q

Kritiek op DSM

A
  • Afzoenderlijke aandoeningen hebben verschillende en meerdere oorzaken
  • Benadrukt biologische etiologie en behandeling ipv interactie kind en omgeving
  • Geen specifieke aandacht voor geslacht leeftijd of cultuur
  • Geen rekening houdend met klachten van de patient en behandelbehoefte
  • Risico op stigmatisering
33
Q

Minuchin

A

Gezinssysteemtherapie

34
Q

Gezinssysteemtherapie

A

Kijkt naar de relaties tussen de onderlinge gezinsleden

35
Q

Welk type relatie tussen gezinsleden hebben we

A
  • Triangulatie
  • Ouder kind coalitie
  • Detouring attacking
  • Detouring supportief
36
Q

Triangulatie

A

Kind heeft een goede band met beide ouders, maar er is ruzie tussen de ouders

37
Q

Ouder-kind coalitie

A

Goede band tussen het kind en 1 van de ouders, slechte band met de andere ouder en een slecht band tussen de ouderd

38
Q

Detouring attacking

A

De band tussen de ouders is goed, maar tussen de ouders en het kind is slecht. Vaak in de puberteit

39
Q

Detouring supportief

A

Alle banden in het gezin zijn goed. Hierdoor worden de ouders overbezorgd over het kind