Latijn Les 10 Flashcards
1
Q
Circumspicere/io
A
Rondkijken
2
Q
vestigium
A
(Voet)spoor
3
Q
Leae
A
Van een leeuwin
4
Q
In pulvere
A
In het stof
5
Q
horrere
A
Huiveren
6
Q
Velamen cruentum Thisbes
A
De bebloede sluier van Thisbe
7
Q
Invenire
A
Vinden
8
Q
Oculus
A
Oog
9
Q
Complere
A
Vullen
10
Q
Accidi
A
Gebeuren
11
Q
Ubique
A
Overal
12
Q
Velamen tuum
A
Jouw sluier
13
Q
Exspectare
A
Afwachten, wachten op
14
Q
Parentes
A
Ouders
15
Q
Parui
A
Gehoorzamen