K. Goed geneesmiddelgebruik Flashcards
1
Q
Wat zijn de stappen in het zes-stappenplan van het rationeel voorschrijven van medicatie?
A
- Probleemstelling (werkdiagnose: ernst, oorzaak, mogelijke gevolgen)
- Behandeldoel (curatief, symptomatisch, preventief, palliatief)
- Behandelopties (niet-medicamenteus en medicamenteus)
- Controleer of keuze geschikt is voor specifieke patiënt (comorbiditeit, geslacht, leeftijd, wensen patiënt, therapietrouw etc)
- Recept en patiënt informatie (dosering, toedieningsvorm, (bij)werking wordt besproken, bevordering therapietrouw)
- Follow-up (controleren van (bij)werking en therapietrouw)
2
Q
Wat is een belangrijke factor in het succes van een behandeling?
Waardoor kan dit moeizaam zijn?
A
Therapietrouw
Patiënten kunnen vergeetachtig zijn, beperkt vermogen om behandeling te begrijpen, patiënt ervaart medicatie als niet noodzakelijk, zorgen om bijwerkingen, etc.
3
Q
Hoe kan therapietrouw verbeterd worden?
A
- Voorlichten van patiënt over de te verwachten effecten en bijwerkingen
- Uitleg geven over inname en gebruik van medicatie
- Vereenvoudigen van doseerschema’s
- Verbeteren van communicatie tussen zorgverlener en patiënt
4
Q
Op basis van welke factoren maak je een keuze voor medicatie?
A
- Effectiviteit
- Veiligheid (nieuwe en oudere medicatie)
- Kosten
- Doelmatigheid
5
Q
Welke soort nieuwe middelen bestaan er?
A
- Me too’s –> deze lijken sterk op hun originele voorgangers en betekenen slechts zelden een vooruitgang. Voordelen zijn meestal gunstigere farmacokinetiek of bv. minder interacties.
- New chemical entity –> dit zijn middelen met een nieuwe chemische stof.
6
Q
A