Jeugdrecht in de praktijk Hoofdstuk 3 – Kinderbescherming Flashcards
Uitsluitend de rechter kan maatregelen van kinderbescherming opleggen, zoals beperken of afnamen van gezag. Hier zijn 3 manieren voor:
- Gezag wordt beperkt middels ondertoezichtstelling (OTS): Iemand van buiten het gezin adviseert ouders over de opvoeding en verzorging, ouders houden de beslissingsbevoegdheid.
o Rechter kan in het kader van de OTS het kind uit huis plaatsen, in dat geval verliezen
ouders de beslissingsbevoegdheid. - Beëindiging van het gezag: Het gezag wordt de ouders volledig afgenomen.
- Voorlopige OTS en voorlopige voogdij: Tijdelijke maatregelen voor crisissituaties.
Een kinderbeschermingsmaatregel is alleen toegestaan als het echt niet anders kan. 3 uitgangspunten hierbij:
- Het belang van het kind: De maatregel moet aantoonbaar in het belang van het kind zijn.
- Ultimum Remedium: De maatregel mag alleen worden opgelegd als alternatieve maatregelen serieus zijn onderzocht of als kan worden aangetoond dat vrijwillige hulpverlening niet voldoende helpt. Als laatste redmiddel.
- Proportionaliteit: De maatregel moet zo min mogelijk ingrijpen in de bestaande gezinsverhoudingen.
Verschillen tussen landen wat betreft kinderbescherming:
Er zijn grote verschillen tussen landen, vooral door traditionele of culturele verschillen.
- Aandacht voor privacy: Erg belangrijk in Nederland.
- Mate van keuzevrijheid voor adolescenten: Groot in Nederland.
- Juridische procedure: In groot deel van Europa geldt een inquisitoire traditie: De rechter vergaart zelf zo veel mogelijk informatie en spoort kinderbescherming aan om hem tijdig van voldoende informatie te voorzien. Hij laat alle partijen aan het woord en probeert tot een beslissing met zo veel mogelijk consensus te komen.
Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK)/Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM):
Biedt op cruciale punten een richtinggevend kader.
Negatieve verplichtingen:
Niet in het gezinsleven ingrijpen, tenzij echt noodzakelijk.
Positieve verplichtingen:
Ontstaan na ingrijpen in het gezin
Risk-assessment:
Men streeft naar het gebruik van risicotaxatie-instrumenten om tijdig risicovolle opvoedingssituaties op te sporen en rampen te voorkomen.
Dit streven leidde in Nederland tot een enorm aantal digitale kinddossiers. Het is onzeker of dit leidt tot betere mogelijkheden om incidenten te voorkomen, het blijkt vaak zeer lastig om tijdig een betrouwbare risicoanalyse te maken.
Digitalisering van de gegevens bleek gepaard te gaan met verzwakking van de rechtspositie van de betrokkenen. Hierna volgde de nieuwe Jeugdwet in 2015.
Jeugdrechter:
Legt kinderbeschermingsmaatregel op, gaat in op een verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming of officier van justitie.
Gemeente geeft opdracht aan RvdK om onderzoek te doen naar de situatie van het kind. RvdK kan dit ook op eigen initiatief doen. Informatie wordt opgenomen in een raadsrapport.
Als de opvoedingssituatie ernstig risicovol is voor het kind komt er een verzoek tot een kinderbeschermingsmaatregel bij de kinderrechter.
Uitvoering van de maatregel ligt bij College van B&W.
Gecertificeerde Instelling (GI):
Beslist naar welk gezin/welke instelling een kind eventueel gaat.
Ondertoezichtstelling:
Lichtste maatregel, om een geconstateerde bedreiging van zedelijke, geestelijke of gezondheidsbelangen van het kind te verminderen. Tijdelijke maatregel, gericht op ondersteuning.
Ouders houden het gezag, wordt wel beperkt. Ouders blijven hun kind opvoeden en verzorgen.
Gezinsvoogd verleent hulp en steun en beslis in overleg met de gemeente welke jeugdhulp wordt ingezet.
Voorwaarden OTS:
- De minderjarige groeit zodanig op dat hij in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd.
- De zorg die in verband met het wegnemen van de bedreiging noodzakelijk is voor de minderjarige of diens ouders wordt door de ouders die het gezag uitoefenen niet of onvoldoende geaccepteerd.
- De verwachting is dat ouders binnen een aanvaardbare termijn in staat zullen zijn de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding van het kind weer zelf te dragen.
o Als die niet het geval is, moet een maatregel van gezagsbeëindiging worden gevraagd. Zo wordt voorkomen dat een kind jarenlang bij pleegouders woont zonder vooruitzicht op stabiliteit en continuïteit.
Voor de start van OTS wordt een plan van aanpak opgesteld waarin de stappen die worden gezet worden beschreven. Dit vormt de basis voor de hulp die tijdens de OTS wordt geboden.
Netwerkberaad:
Ouders krijgen de gelegenheid om binnen 6 weken samen met hun eigen netwerk een plan van aanpak op te stellen.
Als dit volgens de GI als goed wordt beoordeeld vindt de OTS op basis hiervan plaats.
Naast het netwerkberaad hebben ouders het recht op een mondelinge hoorzitting in de procedure richting een mogelijke kinderbeschermingsmaatregel.
Minderjarigen hebben vanaf 12 jaar het recht om hun mening kenbaar te maken.
Ouders moeten op de hoogte worden gebracht van het bewijs waarmee de RvdK zijn verzoek aan de rechter voor de maatregel onderbouwt.
Vanaf 16 jaar mag een kind dit rapport ook lezen.
Tussen 12 en 16 jaar mag een kind verzoek indienen om het rapport te lezen.
Rechten van ouders tijdens OTS:
- Geschil over de uitvoering van de OTS aan de kinderrechter voorleggen
- Verzoek om schriftelijke aanwijzing van gezinsvoogd vervallen te verklaren of in te trekken
- Rechter verzoeken de GI te vervangen
- Rechter vragen om opheffing van de OTS
- GI vragen de uithuisplaatsing te beëindigen of verkorten
Voorlopige Ondertoezichtstelling (VOTS):
Spoedmaatregel vanwege een ernstig vermoeden van mishandeling of verwaarlozing. Er is geen tijd om te wachten op de resultaten van het Raadsonderzoek.
Kind wordt voorlopig onder toezicht gesteld van een GI.
Rechten van ouders en kind komen onder druk te staan. Het is vaak niet mogelijk om ouders en kind te spreken in kader van de beslissing van een OTS.
Machtiging Uithuisplaatsing (MUHP):
Verdergaande maatregel binnen de OTS. Kind verblijft dag en nacht buiten het gezin. Kan samengaan met extra inperking van het gezag.
De duur hiervan is standaard maximaal 1 jaar, maar kan worden verlengd.