Hoofdstuk 3.3 "Europa en de wereld" Flashcards

1
Q

Begrip, Batavia;

A

Stad op Java waar de VOC zijn hoofdkwartier had (Tegenwoordig, Jakarta).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Begrip, Compagnie;

A

Handelsbedrijf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Begrip, Concurrentie;

A

Wedijver, als iemand ergens beter in wil zijn dan een ander.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Begrip, Factorij;

A

Handelspost in het buitenland met kantoren en pakhuizen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Begrip, Gouverneur-generaal;

A

Hoogste bestuurder.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Begrip, Monopolie;

A

Alleenrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Begrip, VOC;

A

Verenigde Oost-Indische Compagnie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Begrip, Wereldeconomie;

A

Economisch systeem van handel tussen werelddelen, waarbij vraag en aanbod op de hele wereld invloed op elkaar hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Begrip, WIC;

A

West- Indische Compagnie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe ontstond de VOC?

A

Er was veel concurrentie tussen Holland en Zeeuwse Kooplieden dus was er bijna geen winst meer. In 1602 greep de Staten-Generaal in, ze maakte een VOC die mochten alleen naar Azië, dus er kwam meer winst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat mocht de VOC allemaal doen van de Staten- Generaal?

A

De Voc mocht alles doen wat goed was voor de handel; verdragen sluiten met Aziatische vorsten, forten en handelsposten bouwen en oorlog voeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom heeft Jan Pieterszoon Coen het hele Molukse eilandje uitgemoord?

A

Ze mochten alleen specerijen verkopen aan Nederland, maar de Bandanezen verkochten nog steeds producten aan Portugal en Engeland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar was het hoofdportier van de VOC?

A

In de Javaanse stad Jacatra, dat is vernoemd naar Batavia.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Noem de handeltocht wat de VOC aflegde voor Europese specerijen.

A
  1. China; zijde gekocht
  2. Japan; de zijde wordt verruild voor Zilver
  3. India; dat werd in India verhandeld tegen textiel
  4. Indonesië; dat wordt verkocht voor specerijen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat waren de 3 belangrijkste producten?

A
  1. specerijen.
  2. kaneel (uit Ceylon, Sri Lanka).
  3. Javaanse koffie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe konden ze handel voeren met Japan?

A

Ze gingen naar Nagasaki, om te handelen met de Japaners.

17
Q

Wat zijn de overeenkomsten met de WIC en de VOC?

A
  • Het was een Hollands-Zeeuwse onderneming
  • Ze hadden allebij een handelsmonopoly.
18
Q

Waavoor was de WIC opgericht?

A
  • Voor handel met Amerika en West-Afrika
  • Ze moesten meedoen met de 80- Jarige oorlog.
19
Q

Waarom was de WIC minder succesvol dan de VOC?

A
  • Spanje heerstte over grote delen van midden- en zuid- Amerika, in Afrika.
  • Portugal had Brazilië opgeëist.
  • in het caraïbische gebied waren ook Frankrijk en Engeland actief.
20
Q

Wat was in 1628 een groot succes.

A

De WIC hadden 9 schepen vol met zilver van de zilvervloot gekaapt dankzij een storm, het was zoveel dat het 8 dagen duurde om het zilver in de eigen boten de doen.

21
Q

Wat moest de WIC doen om mee te doen aan de driehoekshandel?

A

gebieden in bezit nemen.

22
Q

Wat voor rol speelde de WIC in de slavenhandel?

A

Ze haalde de slaven en verkochten ze in Willemstad (= een slavenmarkt)

23
Q

Waarom was de WIC belangrijk voor Spanje?

A

Ze waren de belangrijkste leveranciers van slaven voor de Spaanse kolonies.

24
Q

Wat werdt er nieuw in Europa?

A

De mode, Tabak en Thee drinken.

25
Q

Wie bracht de eerste atlas uit, wanneer?

A

Willems zoon Joan in 1662.

26
Q

Wat werdt er veranderd door deze veranderingen?

A

Er kwam meer kennis.