Hoofdstuk 2 Flashcards
Confounds
De alternatieve verklaringen van de resultaten van een onderzoek.
Confederate
Een acteur die een specifieke rol in een experiment speelt.
Probabilistisch
Wetenschap is bedoeld om een bepaald deel van de mogelijke gevallen, dus niet alle, te verklaren. (Roken ga je sneller dood, maar mijn opa van 90 rookt nog.)
Beschikbaarheids heuristiek
Bij het beoordelen en oplossen van problemen maken we gebruik van herinneringen die het eerst en makkelijkst te binnen schieten (beschikbaar zijn).
Present/present bias
De neiging om alleen te focussen op het bewijs dat aanwezig is zonder rekening te houden met het bewijs dat niet voor de hand liggend is.
Confirmation bias
De neiging om alleen te kijken naar de informatie die instemt met hetgene wat we willen geloven.
Bias blind spot
De neiging voor mensen om te denken dat ze vergeleken met anderen, zelf minder kans op biases te hebben.
Conclusie gebasseerd op ervaring
Is niet goed, want heeft geen controle groep en heeft confounds.
Conclusie gebasseerd op autoriteit
Niet meteen geloven, want kan op eigen ervaring of intuïtie van autoriteit gebasseerd zijn. Maar kan ook op onderzoek van autoriteit gebasseerd zijn (wel goed).
Conclusie gebasseerd op onderzoek
Wel goed: Wetenschappelijke bronnen
Niet goed: Andere bronnen zoals journalisten
Effect size
De grootte of sterkte van een relatie tussen twee of meer variabelen.
Empirische tijdschriftartikelen
Een onderzoek dat voor het eerste gedaan is. Hierin staan een methode, de gebruikte statistische test en de resultaten van de studie.
Review tijdschrijftartikelen
Een samenvatting van alle onderzoeken, van het zelfde onderwerp, die zijn gedaan.
Disinformation
Fake news: Het bewust creëren en delen van valse informatie.