HC7 Flashcards
Hoe noemen we een ANOVA ook wel?
Een analyse van variantie (F-toets).
Waarvoor is een ANOVA?
Met deze toets vergelijk je de gemiddelden van meer dan twee groepen op basis van een categoriale onafhankelijke variabele. Onderliggende vraag: verschillen de gemiddelden van meer dan twee groepen op een variabele significant van elkaar?
Wat is H0 van ANOVA?
Alle groepsgemiddelden zijn gelijk.
Wat is H1 van ANOVA?
Er is minimaal 1 groep die afwijkt van de rest.
Welke 3 soorten variantie zijn van belang bij ANOVA?
(1) totale variantie (2) variantie tussen groepen t.o.v. algemeen gemiddelde (3) variantie binnen groepen t.o.v. groepsgemiddelde.
Wanneer is de kans groot dat H0 verworpen wordt?
Bij een grote F.
Wanneer wordt de F-statistic groter?
Als er meer verschil is tussen groepen en minder verschil binnen groepen.
Wanneer is de kans groot H0 aannemen? Waarom?
Als de groepsgemiddelden dichtbij elkaar liggen of als de waarden binnen groepen ver uit elkaar liggen, dan is er een kleine kans dat de groepen variantie op de afh.vr. verklaren.
Verwerpen we H0 of nemen we H0 aan als zowel MSm als MSr groot is?
Verwerpen, een grote MSr kan verklaard worden door outliers en die maken de interpretatie lastig.
Wanneer is het aanneembaar dat de groepsconditie invloed heeft op de waarde van de afh.vr.?
De groepen verschillen onderlingen t.o.v het algemene gemiddelde en binnen de groepen liggen waarden dichtbij elkaar.
Wat kunnen we concluderen op basis van een significante F-statistic bij ANOVA?
Dan wijkt dus een van de groepen significant af van de rest en nemen we H1 aan.
Hoe werkt post-hoc analyse?
Hierbij krijgt elke categorie een losse gepaarde t-toets waarbij gecontroleerd wordt op family wise error rate.
Wanneer voeren we post hoc toetsen uit met een Bonferonni correctie?
Als de initiële F-toets (het hoofdeffect) in de ANOVA significant is.
Welke meetniveau’s heeft een ANOVA?
De afhankelijke is interval/ratio, de onafhankelijke categorisch.
Hoe controleer je op homogeniteit van groepsvarianties?
Met Levene’s Test, moet niet significant zijn anders gebruiken we Welch’s F.