HC10: Fenomenologie & Lichamelijkheid Flashcards

1
Q

subject - object schema in de klassieke wetenschapsfilosofie

A

kloof tussen:

het subject ( de onderzoeker)

het object ( de werkelijkheid die onderzocht wordt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

subject - object schema in fenomenologie en hermeneutik

A

“wederzijdse doordringing van de werelden”

-> geen kloof tussen subject en object

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

definititie: fenomeen

A
  1. het fenomeen is dat wat zich toont
  2. het zich tonen staat zowel in relatie tot datgene wat zich toont, as tot diegene aan wie iets getoond wordt
  3. het fenomeen is een op het subject betrokken object en een op het object betrokken subject.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Edmund Husserl: bewustzijn - buitenwereld

vergelijking met descartes

A

descartes: mens denkende substantie - geisoleerd bewustzijn
husserl: klopt niet, bewustzijn is altijd bewustzijn van iets
1. het bewustzijn bestaat voor zover het in contact staat met de wereld
2. object is alleen denkbaar dankzij een subject,
descartes: ik denk

Husserl: ik denk dat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Husserl: verhouding Leib & Körper

A

geen kloof tussen geest en lichaam (tegenstelling tot descartes)

Leib: bezielde natuur, waarnemende lichaam -> van binnenuit

Körper: materiele natuur, waargenomen lichaam -> van buiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Overeenkomst tussen descartes en husserl?

verschil tussen descartes en husserl?

A

overeenkomst:

  1. beginpunt van alle kennis is bewustzijn
  2. op zoek naar zekere kennis

verschil:

1.

descartes: geisoleerd bewustzijn - objectieve wereld
husserl: op de wereld van de ervaring betrokken subject

2.

descartes: zekere kennis mbt wetenschappelijke wereld
husserl: zekere kennis mbt tot de leefwereld (wereld van de ervaring)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Husserl: Probleem - objectivistische houding

A

objectivistische houding ten opzichte van de werkelijkheid

we gaan ervan uit dat de wetenschap ons de wereld toont zoals ze werkelijk is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Husserl: hoe komen wij tot zekere kennis van de leefwereld?

A

Tussen haakjes plaatsen, twijfelen aan je waarneming (reduceren) tot je tot de echte (fenomenologsche) waarneming komt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Maurice Merleau Ponty: lichamelijkheid

A

lichamelijkheid als fundamenteel voor de omgang met de wereld

-> onze relatie tot de werkelijkheid verloopt niet primair langs het bewustzijn, maar langs de lichamelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Merleau Ponty: functionele verklaring van fantoomlid

A

fantoomlid als lichaamsdeel dat nog tot het oude lichaamsschema behoort

bij ervaring van het fantoomlid gaat het om het koesteren van de mogelijkheden die je had, maar nu hebt verloren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Ponty over het vergeten

A

Ponty: zoals het lichaam fundamenteel is voor onze ervaring, zo zijn ook onze herinneringen wezenlijk voor onze identiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Fenomenologie: het lichaam & erotische relaties

A

lichaam drukt “de totale existentie” uit

dus tergelijkertijd:

  1. het lichaam als begeerd subject
  2. het lichaam als lustobject
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly