hc1 plato Flashcards
drie verkeerde concepties van rechtvaardigheid
- eerlijk zijn en ieder het zijne geven
- goed doen aan je vrienden en schade berokkenen aan je vijanden
- rechtvaardigheid is wat het voordeel van de sterke is
Eerlijk zijn en ieder het zijne geven
Ter discussie want problematisch, moet je een manisch persoon een mes teruggeven na lenen?
Echte conventie kan pas beginnen als de conventie het pand verlaten heeft.
Goed doen aan je vrienden en schade berokkenen aan je vijanden
Rechtvaardigheid is iets zoals loyaliteit, afzetten tegen hetgene die daar niet bijhoren.
Ter discussie:
1. mogen we geen fouten maken? We kunnen ons vergissen.
- Kwaadbrokken, iemand benadelen kan niet goed zijn (straffen is iets anders).
Rechtvaardigheid is wat het voordeel van wie de sterkste is
Later: onrechtvaardigheid is superieur aan rechtvaardigheid zijn
Kern: rechtvaardigheid is relatief aan de bestuurlijke macht van een regime.
Kritiek:
1. betekent dat je in een regime altijd de wetten moet volgen?
2. Maar kunnen machthebbers zich niet vergissen? Leiden vanuit eigenbelang deugd niet.
Glaucon
Broer van plato, van mening dat als je met iets kan wegkomen dan hoeft men niet rechtvaardig te handelen
Hierarchie in de stad
- regeerders
- soldaten
- werkers
Regeerders
Uit de soldaten komen de regeerders voort. Ze kunnen dus promoveren na training en studie. Wiskunde is nodig om tot de ware werkelijkheid te komen. Wijsheid is een belangrijk kenmerk
Soldaten
Soldaten moeten zowel dapper als zachtmoedig zijn. Zachtmoedig wordt bereikt door muziek en literatuur. Hebben geen eigen bezit, leven in barrakken. Dit is belangrijk omdat eigen bezit gaat kiezen voor eigen belang, men moet kiezen voor algemeen belang. Ze hebben geen familie, klasse moet met klasse zich voortplanten. Zo kan er geen conflict zijn tussen prive en werk. Eer en glorie, uit zich in strijd en bescherming in de stad
Werkers
Zijn gericht op hun begeerte, hebben eigen bezit. Hebben een familie leven maar kunnen nooit tot de politieke arena komen. Blijven uitgesloten tot de politieke activiteit. Materiele behoeftes.
Op welke manier breekt Plato met de Atheense opinie?
Vrouwen mogen ook soldaten worden en regeren. Vrouwen hebben uitzonderlijke talenten. Op een radicale manier iets wat normaal is, ter discussie gesteld.
Hiërarchie in de ziel
- rede (logos)
- energieke deel (thymos)
- begeerte (epithymia)
Ze moeten zich alle drie beheersen. De mens is rechtvaardig als ze zich houden aan de hiërarchie. Onrechtvaardig = wanneer de onderste stand in opstand komt.
Rede (logos)
Bepaalt wat goed is voor de ziel, voor de lange termijn. Niet alleen eigen belang, maar ook in het belang van anderen denken.
Energieke deel (thymos)
Helpt om de orde die de rede uitdenkt op te leggen aan de begeerte. Kan agressie naar buiten en naar binnen vertonen. Boos zijn op jezelf, niet goed voor de mens.
Begeerte (Epithymia)
Het dierlijke deel. De verleiding.
Ideeënleer
Bestaat uit
1. zijnsleer
2. kennisleer
Belangrijk want filosofen (regeerders) hebben toegang tot de ideeën