H9 Flashcards
Hechting
een sterke emotionele band tussen verzorgers (ouders) en kind (of twee willekeurige mensen). Het is ook een gedragssysteem waarbij mensen hun emoties reguleren wanneer zij bedreigd worden en veiligheid kunnen zoeken. De hechting kan relatie beïnvloeden gedurende het hele leven.
Hechting; nature
Volgens ethologen (Lorenz), voorlopers van de
huidige evolutionaire psychologie, is hechting
een biologisch geprogrammeerde reactie die
vroeg na de geboorte plaatsvindt (als de hechtingsfiguur aanwezig is). (Denk aan het ganzenvoorbeeld.) Het is evolutionair handig om bijvoorbeeld je moeder als hechtingsfiguur te hebben, want dan weet je dat je opgevoed wordt en overleefd in de natuur.
Hechting; nurture
Volgens behavioristen (die de psychologie domineerden gedurende het grootste deel van de 20ste eeuw) wordt hechting veroorzaakt door de associatie met voedsel (stimulus voor versterking van de moeder). De hechting is dus niet gebaseerd op liefde, maar op voeding, want dat krijgen ze van de ouders en hebben ze nodig om te overleven.
Hechting; watson
- Watson: Baby/kind moet behandeld worden als een kleine volwassene, zodat ze zich ontwikkelen tot zelfstandige volwassenen.
- Advies voor ouders: houd emotionele afstand
Dit behaviorisme beïnvloedt nog steeds ons dagelijks denken over opvoeding. Zo is er de cry it out methode waarbij je ’s nachts niet onmiddellijk reageert op het gehuil van je baby, anders zal hij/zij nooit leren zichzelf te troosten.
Harlow experiment
Dit werd gedaan bij pasgeboren aapjes. Er was een surrogaatmoeder dan ijzerdraad met melk en een zachter, warme surrogaatmoeder zonder melk. De vraag was aan welke het aapje de voorkeur had en zo t onderzoeken wat belangrijker was; eten of warmte. Dit bleek de warme zachte moeder te zijn.
Apen die “moederloos” opgroeiden vertoonden op latere leeftijd afwijkend sociaal gedrag (geen seksueel gedrag, angst voor soortgenoten, geen zorgzaam gedrag voor kroost). “Moederliefde in de kindertijd is net zo belangrijk voor de geestelijke gezondheid als vitaminen en eiwitten voor de lichamelijke gezondheid.”
Hechtingstheorie nature nurture
Nature:
- aangeboren neiging om zich te hechten aan primaire verzorgers
- kritische periode wanneer hechtingsreactie tot uiting komt
- maar; mensen zoeken op elke leeftijd meer nabijheid als ze zich bedreigd voelen.
Nurture:
- primaire verzorgers beïnvloeden de ontwikkeling van het kind
Hechtingstheorie van bowbly
- pre hechtingsfase
- hechtingsvorming
- ## gerichte/gefocuste gehechtheid
Pre hechtingsfase
0-3 maanden
geen duidelijke hechting, maar glimlacht terug: ‘sociale
glimlach. Het kind heeft een niet-onderscheidend sociale responsiviteit.
Hechtingsvorming
4-6 maanden
kleine voorkeur voor primaire verzorger (cortex in
ontwikkeling). Hier is al wel sprake van onderscheidende sociale responsiviteit. Ze laten hun grootste lach zien en brabbelen het meest enthousiast wanneer de personen met bekende gezichten in de beurt zijn.
Gerichte/gefocuste gehechtheid
7-8 maanden
voorkeur voor primaire verzorger, sociale referentie, verlatings- en vreemdelingenangst (cognitieve capaciteiten om verzorger te missen), angst piekt op 1-2- jarige leeftijd. Kinderen volgen hierbij hun moeder, protesteren wanneer de moeder weggaat en al snel raken ze gehecht aan andere personen zoals de vader, opa/oma, etc.
Kritische periode voor hechting
ontvouwt zich in de meest kwetsbare tijd van het leven, in dezelfde periode dat een baby mobiel wordt. De angstgevoelens komen naar boven als we “de wereld in trekken”. De hechting biedt dan een veilige uitvalsbasis om de wereld te verkennen. Het is dus goed om te overleven. Ook is de relatie met de primaire verzorger datgene wat de basis vormt voor toekomstige relaties
The Strange situation
volgt:
1. Moeder en kind spelen samen.
2. Vreemdeling komt kamer binnen.
3. Moeder verlaat kamer (alleen met vreemde).
4. Moeder keert terug, vreemdeling vertrekt.
5. Moeder vertrekt (kind alleen).
6. De vreemdeling keert terug.
7. Moeder keert terug.
Je kan nu het gedrag observeren van het kind op het weggaan van de moeder, de vreemdeling en het
opnieuw zien van de moeder.
Bij een veilige hechting zal het kind blij reageren als de ouder terugkeert en kan het kind makkelijk getroost worden door de ouder. De ouder is dan een veilige basis van waaruit het kind de omgeving kan verkennen. Wanneer er een vreemde in de kamer is en de moeder ook aanwezig is, gaat het kind alsnog op onderzoek uit.
Bij een onveilige hechting zal het kind niet gelukkig reageren als de ouder terugkomt en kan het kind niet makkelijk getroost worden. De ouder is dan geen veilige basis
Onveilige hechtingstijlen
- vermijdend
- afwerend/ambivalent
- gedesorganiseerd/gedesoriënteerd
Vermijdende hechting
toont geen verlatingsangst en toont weinig emotie als de ouder terugkeert. Ze
distantiëren zich van hun ouders en spelen veel op zichzelf.
Afwerend/ambivalente hechting
veel angst en stress na scheiding, ambivalente (bv. verdrietige en
boze) emoties wanneer ouder terugkeert, ontroostbaar door ouder. Het kindje gaat niet op onderzoek uit als de moeder aanwezig is. Als de moeder weggaat zijn ze enorm van streek en zodra ze terugkomt zijn ze boos op de moeder omdat ze weg is gegaan. Verder hebben ze ook last van vreemdelingenangst. Ook als de moeder erbij is.
Gedesorganiseerde/gedesoriënteerde hechting
geen consistente manier om ermee om te gaan, verward of tegenstrijdig gedrag, afwijkende reactie op de terugkeer van de ouder (bv. angst, weglopen). Wanneer de moeder terugkomt na separatie komen de kinderen warrig over. Ze kunnen contact maken, maar lopen dan snel weer weg om later weer terug te komen. Ze hebben dus geen consistente strategie om met emoties om te gaan. Ze lijken angstig voor hun ouders en weten niet of ze de ouders moeten benaderen of ontwijken.
Hoe raakt een kind wel veilig gehecht?
1) sensitief ouderschap;
2) intergenerationele overdracht;
3) afstemming tussen de behoeften van kinderen en steun uit de omgeving
Sensitief ouderschap
gevoeligheid voor de signalen, behoeften en emoties van een baby
Intergenerationele overdracht
- Hechting weerspiegelt vaak het werkmodel van de verzorgers
- Of overdracht van dezelfde ‘hechtingsgenen’?
Ontwikkeling van hechting gedurende het leven
Als kinderen in een stabiele omgeving opgroeien dan behouden ze dezelfde hechtingsstijl over de tijd heen. Als de omgeving verandert (denk hierbij aan een scheiding of de dood van een ouder), dan kan dit leiden tot verandering in hechtingsstijl.
Kinderen die veilig gehecht zijn hebben meer kans op betere sociale vaardigheden, een hoger zelfbeeld en vriendschappen van betere kwaliteit.
Kritiek hechtingsstijlen en strange situation test
1) De categorieën van hechting zijn te vereenvoudigd. Het is in de praktijk heel lastig om ze in
één van deze categorieën in te delen.
2) Kinderen met een ongeorganiseerde hechtingsstijl zijn een gemengde groep. Deze groep
kinderen zijn heterogeen en hebben dus veel verschillende redenen om in die groep te
komen.
3) 20 minuten is niet voldoende tijd om de kwaliteit van de relatie volledig vast te leggen.
4) Culturele verschillen kunnen de resultaten beïnvloeden.
Wereldwijd is er een vergelijkbaar percentage van de baby’s dat veilig gehecht is, maar er zijn wel culturele verschillen;
• Bijv. in Japan zijn baby’s vaker overstuur, het is ongebruikelijk dat moeder en kind uit elkaar gaan.
• Bijv. in Duitsland meer vermijdend gedrag, meer aandacht voor het bevorderen van zelfstandigheid bij kinderen.
Kan een kind dat onveilig is gehecht nog een veilige hechting krijgen
Als een kind op jonge leeftijd al is verwaarloosd wordt dan verkleint dit de kans op een veilige hechting. Toch is een veilige hechting nog steeds mogelijk, maar timing (en ernst van deprivatie en verwaarlozing) is cruciaal!
Heeft de kinderopvang een negatief effect op de hechting van het kind aan de ouders?
Dit hangt af van de opvang. De kwaliteit van de opvang is namelijk bepalender dan het aantal uur. Als er een lage kind-tot-verzorger (dus 1 iemand moet niet teveel kinderen verzorgen) ratio is en het kind steeds dezelfde verzorger ziet dan leidt dit tot een goede hechting. Er is dan een voorspelbare routine en een dagelijkse structuur.