gynaeco-obstretrie Flashcards

1
Q

middelen bij vulvovaginale aandoeningen

A

candida-vaginitis

bacteriële vaginose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

candida vaginitis

A

schimmel of gistinfectie, vaak bij breedspectrum antibiotica, enkel behandelen bij klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

candida vaginitis GM

A

clotrimazol, miconazol, butoconazol, fenticonazol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bacteriele vaginose GM

A

vaginale cremes: clindamycine, melkzuur

ovules: metronidazol, dequalinium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

anticonceptie soorten

A

oestroprogestagene associaties

progestagenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

oestroprogestagene associaties onderverdeling

A

monofasische preparaten,
bifasische preparaten
preparaten voor vaginaal en transversaal gebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

monofasische preparaten

A

1ste generatie: hoge dosis oestrogeen

2de generatie: hoge dosis oestrogeen en progesteron
GM: levonorgestrel, norgestimaat, norethisteron

3de generatie: hoge dosis oestrogeen en progesteron
GM: desogestrel, gestrodeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

bifasische preparaten

A

vaste associaties tussen geslachtshormonen cyproteron (= anti-androgeen) en ethinylestradiol (=synthetische oestrogeen derivaat)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

progestagenen

A

minipil = enkel progesteron
prikpil: intramusculair of subcutaan
spiraaltje: koperspiraaltje of spiraaltje met levonorgestrel
morning after pil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly