farmacongesie Flashcards

1
Q

fytofarmaca

A

geneesmiddelen van plantaardige oorsprong
= plante, delen van planten en daaruit bereide extracten, tincturen, destillaten of perssappen, bestanddeel zijn ven een farmaceutisch preparaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

biologische activiteit

A

actieve stop in lage concentratie, mengsels, aanwezigheid van structureel sterk verwante verbindingen => moeilijk en tijdrovende extractie en zuiveringsprocedure

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

farmaceutische kwaliteit

A

eigenschappen en activiteit van een geneesmiddel die door identiteit , zuiverheid en gehalte, samenwerking en overeenkomstige chemische, fysische en biologische eigenschappen of door de bereidingswijze bepaald worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

gebruikte plantendelen

A

hout, schors, bast, kurk, vruchten en zaden, ondergrondse delen, bladeren, bloemen, stelen, kruid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

werkzame bestanddelen soorten

A
alkaloïden 
etherische oliën 
anthraceenderivaten
heterosiden (glycosiden)
bitterstoffen
looistoffen (tannine, polyfenolen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

alkaloïden

A

echte alkaloïden: N-atoom in heterocyclische ring, biosynthese vanuit aminozuren
protoalkaloïden: N-atoom niet in heterocyclische ring, biosynthese vanuit aminozuren
pseudoalkaloïden: biosynthese niet vanuit aminozuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

alkaloïden voorbeelden

A
belladonnar folium (belladonnablad)
hyoscyamie folium (bilzekruidblad)
papaver somniferum (opium)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

etherische oliën

A

samengesteld uit terpenen = aaneengeschakelde isopreenmoleculen, weinig oplosbaar in water, wek in alcohol en organsche solventen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

etherische oliën voorbeelden

A
pimpinella anisum (anijsvrucht) 
foeniculum vulgare (venkelvrucht)
mentha piperita (muntblad)
thymus vulgaris (tijmblad)
matricaria chamomilla (gewone kamillebloem)
cinnamomum cerflanicum (kaneelbast)
zingiber officinales (gemberwortelstok)
capsicum anuum (spaanse peper)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

anthaceenderivaten voorbeelden

A
rhamnus frangula (vuilboombast)
rheum palmatum (rabarberwortel)
cassia senna (sennablaadjes)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

heterosiden voorbeeld

A

digitalis purpurea (digitalisblad)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

bitterstoffen

A

gentiana lutea (gentiaanwortel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

looistoffen

A

Krameria tuandra (rotantiawortel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly