Gewrichten en botten enzo Flashcards

1
Q

Inflammatoire VS niet inflammatoire

A

Inflammatoir
Pijn: vooral in de ochtend, langer dan 60 min en passief en actief
Zwelling aanwezig en bij acute ontsteking rood

Niet-inflammatoir
Pijn: vooral in de avond na belasting, korter dan 45 min en alleen actief
Geen zwelling en niet rood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Kenmerken articulaire pijn (in vergelijking met peri-articulair)

A
  • In alle bewegingsrichtingen pijnlijk
  • Actief en passief
  • Vooral in gestrekte stand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kenmerken periarticulaire pijn

A
  • Vaak groter gebied
  • Vaak alleen in bepaalde bewegingsrichting
  • Alleen actieve
  • Bij bursitis vaak pijn in buigstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer noem je gewrichtsklachten chronisch

A

> 6 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kenmerken acute gewrichtsklachten

A

Rood, warm, gezwollen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Diagnose acute gewrichtsklachten

A

Gewrichtspunctaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Chronische artritis diagnose

A

Symptomencomplex, rontgen, labgegevens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vormen osteomyelitis

A
  • Acuut
  • Subacuut
  • Chronisch
  • neonataal
  • Postoperatief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Acute osteomyelitis epidemiologie

A

> Vooral kinderen en ouderen

> Vooral lange pijpbeenderen (humerus, tibia, femur)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom kinderen

A

> immuunsysteem nog niet goed ontwikkeld
goede doorbloeding (voor groeischijven)
Groeischijf net boven metafyse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Pathogenese acute osteomyelitis

A
  1. Influx bacterien
  2. Bacterien verstoppen kanalen
  3. Influx neutrofielen -> pus -> toename druk in het bot
  4. Pus wordt subperiostaal geperst -> druk -> zwelling, pijn, roodheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Subacute osteomyelitis

A

Na bijtwond of perforerend trauma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Chronische osteomyelitis

A

Bij diabetische voet of laat behandelde osteomyelitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Postoperatieve osteomyelitis

A

Oppervlakkig gelegen botten (bijv. sternum), bacterien van de huid. S. Epidermalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

neonatale osteomyelitis

A

Agressief beloop. Andere verwekkers (ook gram-negatieven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Acute osteomyelitis

A
  • Koorts
  • Malaise
  • Lokale drukpijn
  • Roodheid, zwelling
    Bij schouder en heup snel doorbraak naar het gewricht (kapsel ligt om metafyse heen)
17
Q

Verwekker osteomyelitis

A

> 90% is s. aureus, wel steeds vaker kingella kingae. Let op andere verwekker -> andere behandeling

18
Q

Diagnostiek osteomyelitis

A
> bloed
> kweken
> Rontgen - in vroege fase niet heel sensitief, uitsluiten maligniteit en fractuur
> MRi
Gouden standaard = biopt met PA
19
Q

Behandeling osteomyelitis

A

Antibiotica - eerst intraveneus
Combinatie met artritis -> uitspoelen
Chronische myelitis -> uitruimen