Geurherkenning en communicatie Flashcards
Klopt dit? Het kitten “ruikt” al in de baarmoeder.
Klopt.
Klopt dit? Kittens met heftige conflicten leren het best met elkaar om te gaan.
Klopt niet.
Klopt dit? Hoe meer ervaring met geur een kitten heeft, hoe beter hij zal gaan ruiken.
Klopt.
Klopt dit? Een kat heeft een geuridentiteit.
Klopt.
Klopt dit? Hoe langer een neus, hoe beter voor de longen.
Klopt, met een max.
Klopt dit? De kat ruikt bij elke inademing de geur van de omgeving.
Klopt niet, niet bewust.
Klopt dit? Een geurreceptorcel herkent een molecule.
Klopt niet > niet zeker of dit wel klopt, volgens mij wel
Klopt dit? Feromonen zijn specifieke geurboodschappen tussen soorten.
Klopt niet, ook andere soorten, maar primair eigen soort.
Klopt dit? Het vomeronasaal orgaan test de lucht voortdurend op feromonen.
Klopt niet.
Klopt dit? F3 werkt vooral bij onzindelijke katten
Klopt niet, werkt bij angstige katten.
Wat is het primaire doel van geurtaal bij katten?
Elkaar niet tegenkomen.
Wat betekent geur voor katten?
Katten geven informatie over zichzelf middels geuren en feromonen.
Ze kunnen hun territorium afzetten.
Voelen zich veilig in hun omgeving.
Waarom ontwikkelen katten een eigen geurtaal?
Om te kunnen communiceren met de katten om hen heen.
Enerzijds is deze taal erop gericht om geen contact te hoeven maken. De kat is een solitair dier en elkaar ontlopen is voor hen de veiligste weg.
Anderzijds wordt de geurtaal gebruikt om bij elkaar te komen voor de voorplanting.
Wanneer is de geurontwikkeling bij katten?
Waarschijnlijk al in de baarmoeder. Bij de geboorte al een goed ontwikkel zintuig.
Welke zintuigen werken er bij een kitten in de eerste weken?
Het reukzintuig is naast de tastzin in de eerste weken van het leven van de kitten het enige optimaal werkende zintuig. De reuk zorgt ervoor dat de kitten de tepel kan vinden. De combinatie van feromonen, de geuren van het nest en de feromonen van de kitten zelf zorgen voor een geurbaken in de ruimte. Waardoor de kitten het nest terug kan vinden, en het een veilig gevoel geeft.
Wat is geur?
Geur is niets minder dan een vaste stof in dampfase. Zolang alle moleculen in de vaste stof zitten kan je die stof niet ruiken. De meeste stoffen bestaan ui meerdere (heel veel) verschillende moleculen.
Wat zijn moleculen?
Moleculen gedragen zich verschillend, de ene stof gaat veel sneller over in de dampfase dan de andere stof. Dat betekent dat wat wij ruiken waarschijnlijk in de dampfase een heel andere samenstelling heeft dan de vaste stof.
Moleculen zijn de kleinste deeltjes van een stof die nog steeds de chemische eigenschappen van die stof behouden. Ze bestaan uit atomen die via chemische bindingen met elkaar zijn verbonden. Atomen zijn op hun beurt opgebouwd uit subatomaire deeltjes: protonen, neutronen en elektronen.
Een molecuul kan simpel zijn, zoals een waterstofmolecuul (H₂), dat uit twee waterstofatomen bestaat. Het kan ook complex zijn, zoals een DNA-molecuul, dat uit miljoenen atomen bestaat. De eigenschappen van een molecuul, zoals zijn vorm en polariteit, bepalen hoe het zich gedraagt en met andere moleculen interacteert. Moleculen zijn de bouwstenen van alle stoffen en spelen een cruciale rol in chemische reacties en biologische processen.
Als het gaat om ruiken, zijn moleculen verantwoordelijk voor geuren. Wanneer je iets ruikt, komen er kleine geurmoleculen van die stof in de lucht terecht. Deze moleculen zweven naar je neus en worden opgevangen door geurreceptoren in je neusslijmvlies.
Deze receptoren zijn specifiek voor bepaalde soorten moleculen, een beetje zoals een sleutel die alleen in een bepaald slot past. Zodra de juiste geurmoleculen aan hun receptoren binden, sturen die receptoren een signaal naar je hersenen. Je hersenen interpreteren dat signaal als een bepaalde geur, bijvoorbeeld de geur van een roos, eten of rook.
Dus het ruiken van iets is eigenlijk je hersenen die chemische signalen ontvangen en vertalen, allemaal dankzij moleculen die in de lucht zweven!
Wat laat een kat via geur weten?
- Wat voor dier ze zijn
- Eventuele groepsgeur
- Geslacht
- Leeftijd
- Gezondheidstoestand
- Eventueel emotionele status
- Waar het territorium zich bevindt
- Waar het leefgebied zich bevindt
- Waar op looppaden dieren elkaar zouden kunnen ontmoeten
- Waar een nestgebied ligt
- De mate van volwassenheid
- De mate van seksuele volwassenheid
- Hoe lang geleden ze gepasseerd zijn