Dutch A1 Review: Deck 2 Flashcards
Sometimes I go out to eat (for lunch) with my colleagues.
Soms ga ik met mijn collega’s uit eten.
I’m rarely (seldom) at home.
Ik ben zelden thuis.
Later (on) I want a daughter and a son.
Later wil ik een dochter en een zoon.
Young and old (lit. Small and big), everyone is welcome.
Klein en groot, iedereen is welkom.
We traveled by train.
We reisden met de trein.
I would like a kilo (of) plums.
Ik wil graag een kilo pruimen.
Do you want to come (lit. go) along dancing?
Ga je mee dansen?
to meet up (lit. speak up)
afspreken
See you then! (Until then!)
Tot dan!
soon
straks
I am counting (telling) from one to ten.
Ik tel van een tot tien.
I don’t know this place (lit. here). (lit. I am here not familiar (knowing).)
Ik ben hier niet bekend.
far away
ver weg
He cannot drink beer (lit. He can no beer drink) because he’s driving.
Hij kan geen bier drinken omdat hij rijdt.
Can you (pl.) come to the café on the corner?
Kunnen jullie naar het café op de hoek komen?
Do you want a little beer or a little wine?
Wil je een biertje of een wijntje?
May I have a little bread roll?
Mag ik een broodje?
May I order?
Mag ik bestellen?
I’ll take a ham bread roll.
Ik neem een broodje ham.
Do you work to live or live to work?
Werk je om te leven of leef je om te werken?
I don’t believe it.
Ik geloof het niet.
I’m moving to Ghent.
Ik verhuis naar Gent.
I’m buying a pear at the market.
Ik koop een peer op de markt.
Are we going shopping (lit. Go we shopping do)?
Gaan we boodschappen doen?
red cherries
rode kersen
seventeen - eighteen
zeventien - achttien
Do you have time on Saturday evening?
Heb je zaterdagavond tijd?
Do you feel like going to the movie theater?
Heb je zin om naar de bioscoop te gaan?
Where and when?
Waar en wanneer?
outside in front of the movie theater
buiten voor de bioscoop
He is standing behind the bar.
Hij staat achter de bar.
See you tomorrow!
Tot morgen!
I’m going to go swimming in the morning (mornings).
Ik ga ‘s morgens zwemmen.
What are we going to do today?
Wat gaan we vandaag doen?