Diagnostiek Hfd 1 Flashcards
Psychodiagnostiek
alle onderzoek dat wordt verricht naar het bio-psychosociaal functioneren van een persoon, om klachten te beschrijven, te begrijpen en te verklaren.
hypothese-toetsend model (HTM)
- Observatie
- Inductie
- Deductie
- Operationalisatie
- Toetsing
- Evaluatie
Regulatieve Cyclus
- Probleemherkenning
- Probleemdefiniering
- Interventiekeuze
- Planning
- Uitvoering
- Eindevaluatie
Methodisch werken en kwaliteit
Op een systematische wijze stappen en keuzes bij houden en blijven reflecteren op juistheid van verklaringen en gepastheid van interventies.
Common factors-model
Theorie over effectiviteit hulpverlening.
Algemeen werkzame factoren.
Wat bij iedere interventie, voor ieder probleem, in iedere context (school, buurtwerk, jeugdhulp, ggz) in elke gradatie (outreached, ambulant, daghulp, residentieel, pleegzorg) bijdraagt aan effectiviteit.
Contextspecifieke werkzame factoren.
Wat in een specifieke context en in een specifieke gradatie bijdraagt aan effectiviteit.
Specifieke werkzame factoren.
Wat bij een specifieke behandeling van specifieke problemen bijdraagt aan de effectiviteit.
Eigenschappen van een succesvolle hulpverlener (4)
- Vriendelijkheid
- Empathie
- Ondersteunende houding
- Flexibele werkwijze
Compassion fatigue
hulpverlener die te weinig distantie houdt raakt zelf emotioneel uitgeput. Eigen zuurstofmasker eerst.
Observatie
Het verzamelen van gegevens via gesprekken, vragenlijsten, observaties en psychiatrisch onderzoek bij kinderen.
Inductie
Het formuleren van hypothesen op basis van waarnemingen. Wat zou er mogelijk aan de hand kunnen zijn o.b.v. observatie?
Deductie
Het afleiden van toetsbare voorspellingen uit de hypothesen. Wat komt eruit als de hypothese waar is?
Operationalisatie
Het kiezen van geschikte onderzoeksmiddelen om voorspellingen te testen en hypotheses concreet te maken.
Toetsing
Uitvoeren van het onderzoeksplan en verzamelen van empirische gegevens om hypothesen te toetsen.
Evaluatie
Terugkoppeling van de onderzoeksresultaten naar de hypothesen: welke worden geaccepteerd of verworpen? Mogelijke nieuwe hypothesen voor vervolgonderzoek.
Empirische Cyclus
diagnostiek nadruk op voorspellen en toetsen.
Probleemherkenning.
Breed en verkennend onderzoek
om vragen,
problemen,
beschermende factoren en
hulpbronnen
in kaart te brengen.
Gebruik van
korte tests,
vragenlijsten en observaties met een voorlopige conclusie. Hypothesen vaststellen en start van therapeutische alliantie.
Probleemdefiniëring
- Verdiepend psychodiagnostiekonderzoek, hypothese toetsend.
- Onzekerheidsmarges moeten zo klein mogelijk worden gemaakt.
- Maken van onderbouwde casus conceptualisatie
Interventiekeuze
- Op basis van casusconceptualisatie samen met betrokkenen een interventie kiezen.
- Opstellen van een haalbaar interventieplan met prioriteiten.
Planning
Afspraken maken en criteria vaststellen om voortgang te monitoren.
Uitvoering
- Interventieplan uitvoeren volgens protocol (treatment integrity).
- Effecten meten via routine outcome monitoring
- Procesdiagnostiek toepassen.
Eindevaluatie
Onderzoek naar effect, tevredenheid en teamreflectie.
Cultuur binnen de psychodiagnostiek
Cultuur beïnvloedt hoe kinderen en ouders hun zorgen uiten en wat ze verwachten van hulpverlening.