Deel 3 Vocab Flashcards
moderate climate
gematigd klimaat
Waking up
Wordt waker
Sorry
Het spijt me
Clock
De klok
The watch
Het horloge
Alarm clock
De wekker
12 o clock exactly
Precies twaalf uur
13:00
Een uur ‘s middags
Approximately
Ongeveer
In ten minutes
Over tien minuten
I get up
Ik sta op
15 minuten
Een kwartier
Three quarters (of an hour)
Drie kwartier
For years
al jaren
3 years
Drie jaar (singular with specific number)
Half a house
Een half house
Half an apple
Een halve appel
0.5 uur
Een half uur
1.5 uur
Anderhalf uur
Half a day
Een halve dag
1.5 days
Anderhalve dag
Wandelen
Stappen
Really!?
Echt
Already
Al
Een moment
Een ogenblik
I’ve only been here for two years
Ik ben hier nog maar twee jaar
Until when
Tot hoe laat
Tot wanner
How often…?
Hoe vaak…?
How long (time)
Hoelang
In five minutes
Over vijf minuten
Niet normal
Vreemd
Back (as in ‘here and back’)
Terug
I will take a look at the website
Ik kijk even op de website
The day before yesterday
eergisteren
How far
Hoe ver
Departure times
vertrekuren
Until what time
Tot hoe laat
To become
Worden
Describe use of time prepositions IN, OP and OM
Cereal
Ontbijtgranen
Cornflakes
Cornflakes
Muesli
Muesli
Spoon
De lepel
The plate
Het bord
The fork
De vork
The knife
Het mes
On
Op
Toast
Geroosterd brood
Pancake
De pannenkoek
Baguette sandwich
Het broodje
She drives
Ze rijdt
To ride along (with someone)
meerijden
To ask a question
een vraag stellen
The traffic
Het verkeer
Clothes
Kleren
Mostly
Meestal
Often
Dikwijls
Vaak
Sometimes
Soms
Seldom
Zelden
to suggest
Voorstellen
Right
Rechts
Left
Links
Thanks anyway
Toch bedankt
It’s nothing
Het is niets
The cross road
Het kruispunt
The corner
De hoek
Traffic light/s
Verkeerslicht/en
Bridge
De brug
The tunnel
De tunnel
Roundabout
De rotonde
Het rondpunt (Belgium only)
The traffic sign
Het verkeersbord
Cyclist
Fietser
To move
Verhuizen
To choose
Kiezen
High low (price)
Hoog laag
To show
tonen
Beautiful, geel mooi
prachtig
A view of the park
Een uitzicht op het park
The ground floor
het gelijkvloers
De benedenverdieping
The basement. (-1)
De kelder
The lift
De lift
The hall
De hal
De gang
Living room
De woonkamer
Sofa
De bank/sofa
De zetel (BE)
Lamp
De lamp
Window
Het raam
The chair
De stoel
The kitchen
De keuken
Bedroom
De slaapkamer
The wardrobe
De kast
Clothes wardrobe
De kleerkast
The toilet
Het toilet
De WC
Wash basin
De lavabo (BE)
De wastafel
The shower
De douche
Cozy
Gezellige
Square (in a city)
Het plein
Somewhere
Ergens
Ik ga…….bezoek bij Anna
Op
Zij woont….de Muntstraat….nummer 15
In op
……welke straat woon je
In
The waiter
De ober
To hang
Hangen
To lie
Liggen
Sad
Triest
Angry
Boos
Anxious
Bang
Pleased
Blij
Lumps (eg of sugar)
Klontjes
Stairs
De trap
Tree
De boom
Village
Het dorp
Awake
Wakker
Since
Sinds
Perhaps
Misschien
Nice to meet you
aangenaam
You cross over
je steekt…over
you go to
je gaat tot aan…
