cytologie - inleiding Flashcards
celtheorie?
- geformuleerd in 1838/39 door Theodor Schwann
= alle levende organismen zijn opgebouwd uit cellen + nieuwe cellen kunnen slechts ontstaan uit reeds bestaande cellen
cellen?
- niet alle cellen zijn gelijk
- verschillen tus. prokaryote en eukaryote
-> eukaryoot = gecompartimentaliseerd
eukaryote cel
- genetische info zit in de nucleus
- nucleus is omgeven door kernmembraan
- celdelen = celmembraan, cytoplasma, cytosol
celdeling eukaryote cel
celdeling:
–> DNA = verdubbeld + doorgegeven
–> DNA opgebouwd uit lineaire sequenties van nucleotiden
–> transcriptie + translatie
cytoplasma
= deel van de cel buiten de kern maar binnen de celmembraan
cytosol
= vloeibare gedeelte
-> neemt ongeveer de helft van het celvolume in beslag
-> 1000en enzymen + andere stoffen
-> activering en deactivering = hangt samen met fosforylering en defosforylering
wat zijn de structurele elementen van het cytoplasma?
- organellen
- insluitsels
- cytoskelet
functie van:
- mitochondriën
- endoplasmatisch reticulum
- golgi-complex
- leveren energie
- verzorgt eiwitsynthese
- rol bij secretie van lysosomen = intracellulaire vertering
ontstaan van membranen?
membranen ontstaan uit vooraf bestaande membranen -> organellen ontstaan uit reeds bestaande organellen
cellulaire bestanddelen: interacties?
= kunnen naar juiste locatie binnen de cel geleid worden dmv signaal-receptor interacties
cytoskelet bestaat uit?
= centriolen, microfilamenten, intermediaire filamenten en microtubuli
functie moleculaire feedback-mechanisme?
controleren de moleculaire samenstelling, groei en differentiatie van de cel
grootten:
- plantaardige cel
- dierlijke cel
- bacterie
- bacterieel ribosoom
- typisch membraan
- microtubuli
- DNA-helix
- microfilament
- plantaardige cel = 20 x 30 micrometer
- dierlijke cel = 20 micrometer
- bacterie = 1 x 2 micrometer
- bacterieel ribosoom = 25 nanometer
- typisch membraan = 7 - 8 nanometer
- microtubuli = 25 nanometer
- DNA-helix = 2 nanometer
- microfilament = 7 nanometer