College 9 Flashcards

1
Q

Wat zijn de twee belangrijkste benaderingen die taal als onderzoeksmethodes gebruiken?

A
o Conversatieanalyse (CA)
o Discoursanalyse (DA en CDA)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is Conversatieanalyse (CA)

A

Bij conversatieanalyse gaat het minder om de taal, maar vooral om het gedrag in sociale
interacties, bijvoorbeeld het onderbreken van iemand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is discoursanalyse?

A
Discours: “gesprek” of “verhaal”.
→ Hoe wordt het gesprek gevoerd?
→ Wat is het doel?
→ Wie neemt er deel?
→ Wat is het verhaal eromheen?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is kritische discoursnanalyse?

A

Het gebruik van ‘Kritische’ theorieen: poststructuralisme, marxisme, sociale en politieke
filosofie Frankfurter Schule

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het verschil tussen anaylse en interpretatie?

A

“Analysis can be defined as the process of
bringing order to the data, organizing what is
there into patterns, categories and
descriptive units and looking for relationships
between them.”

“Interpretation involves attaching
meaning and significance to the analysis,
explaining the patterns, categories and
relationships”.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is open coding?

A

Toekennen van labels (codes) aan data (tekstfragmenten) op basis van inhoud tekst (inductief).

Hiervoor lees je het getranscribeerde interview door en verbind je labels (codes) aan tekstfragmenten. Deze codes geven per fragment aan wat het hoofdthema is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is axial coding?

A

Ontwikkel de concepten/categorieën door de codes te vergelijken en de
bijbehorende tekstfragmenten te bestuderen
➢ Overlappen de codes en kun je ze samenvoegen?
➢ Verwijzen ze naar eenzelfde onderwerp en kun je ze verbinden onder een hogere
noemer (code/concept/categorie)?
➢ Maak beschrijvingen v.d. codes (concepten/categorieen) (memo’

Hierbij vergelijk je de toegekende codes met elkaar en voeg je codes die bij elkaar horen samen binnen een overkoepelende code. Het is niet zo dat elke code maar bij één overkoepelende code kan horen. Codes kunnen bij meerdere overkoepelende codes horen.

https://www.scribbr.nl/onderzoeksmethoden/coderen-interview/

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is selective coding?

A

Probeer verbanden te leggen tussen categorieën, selecteer kerncategorieën, ontwikkel hypothesen/theorie
➢ Laatste en meest abstracte vraag in het stap van coderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is transcriberen?

A

Hierbij schrijf je (meestal) woord voor woord op wat er in het interview gezegd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe codeer je een kwantitatief interview?

A

Open en axiaal coderen kunnen bij een kwantitatief interview namelijk worden overgeslagen, omdat de codes en categorieën al bestaan. Deze heb je voorafgaand aan de interviews al uit je theorieën gehaald. Je hebt deze vervolgens gemeten in je interviews met gesloten vragen (zoals ja/nee-vragen). De antwoordopties op deze vragen zijn als het ware vooraf vastgestelde codes.

Ook de hoofdcategorieën, die normaal gesproken naar voren komen door axiaal te coderen, heb je uit de theorie gehaald. Zo is voor een categorie als “opleidingsniveau” bijvoorbeeld al vastgesteld wat onder praktisch en theoretisch opgeleid wordt verstaan, omdat je je in de theorie hebt verdiept. Op die manier gaat het coderen van een kwantitatief interview automatisch.

Bij deze vorm van coderen worden de codes overigens niet in woorden, maar in cijfers weergegeven (zie voorbeeld gecodeerd kwantitatief interview).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn topic codes?

A

codes verkregen vanuit topics (topic lijst interview)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn Categorische/Thematische codes?

A

groepen codes gebaseerd op gemeenschappelijke

elementen. → axiaal coderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn beschrijvende codes?

A

wat de onderzoeker letterlijk in de tekst ziet, eigen beschrijving
interpretatie aan geven. → in vivo codes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn in Vivo codes?

A

(Grounded Theory) woorden, statements, letterlijke

overname van de termen die je participanten zelf gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is theoretical saturation?

A
Theoretische selectie (sampling) tot jouw categorie (of categorieen) verzadigd zijn/volledig
ontwikkeld zijn

involves continuing to sample until conceptual categories are
fully developed and relationships between them are accounted for” (op het niveau van
categorie/categorieen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is data saturation?

A

een déjà vu gevoel behouden or dezelfde thema’s/onderwerpen
blijven tegenkomen

“sampling continues until no new themes findings are generated” (voorbij
ontwikkelde categorieen) → het is soms onrealistisch want “number of new themes may be
limitless”

17
Q

Wat zijn de overige analytischebenaderingen?

A

Thematische Analyse (‘TA’): generiek, moeilijk te onderscheiden van andere benaderingen.
− Narratieve Analyse (‘NA’): Geen fragmentatie, maar focus op verhalen / narratieven (belang
van ‘temporal sequence‘)
− Inductive Analysis (‘IA’): komt overeen met grounded theory.
− Secondary Analysis (‘SA’): analyse van data-bronnen die je zelf niet verzameld hebt?