College 5 - Lakatos Flashcards

1
Q

Wie was Imre Lakatos?

A
  • Leefde in de 20ste eeuw
  • Geboren in Hongarije
  • Ronde 3 studies af in 4 jaar (natuurkunde, wiskunde, filosofie)
  • Was even overtuigd communist
  • Leerling van Karl Popper
  • Probeerde het beste van Popper (te naïef) en Kuhn (te relativistisch) te combineren
  • Publiceerde paper in 1970: ‘the Methodology of Scientific Research Programmes’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het basisidee van Lakatos’ wetenschapsfilosofie?

A

Er zijn geen individuele theorieën maar ‘onderzoeksprogramma’s’ die bestaan uit een (1) harde kern van basis-assumties en (2) een beschermende gordel van ondergeschikte aannamen.

Methode:

  • Blijf van de harde kern af (negatieve heuristiek)
  • Ontwikkel de gordel (positieve heuristiek)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe denkt Lakatos de belangrijkste problemen van Poppers naïeve falsificationisme te hebben opgelost?

A

Door de harde kern in bescherming te nemen tegen falsificatie worden theorieën, of liever onderzoeksprogramma’s, niet meteen de deur uitgedaan bij problemen. Hierdoor ontstaat de kans om de theorie te verbeteren door aanpassingen in de beschermende gordel aan te brengen. Zo ontstaan steeds betere versies van dezelfde theorie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe kunnen we volgens Lakatos de vooruitgang (en degeneratie) van onderzoeksprogramma’s beoordelen?

A

De objectieve maatstaf voor goede wetenschap volgens Lakatos is als een onderzoeksprogramma progressief is.

  1. ) De opeenvolgende versies van theorieën moeten steeds nieuwe en grotere voorspellingen maken (theoretische progressie)
  2. ) De voorspellingen moeten empirisch getoetst en bevestigd worden (empirische progressie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe denkt Lakatos zijn eigen wetenschapsfilosofie te toetsen aan de geschiedenis van de wetenschap?

A

Volgens Lakatos is het onmogelijk om in een momentopname te bepalen of iets goede wetenschap is, omdat dat afhankelijk is van progressie.

Hij test zijn methode door de geschiedenis van de wetenschap naast de methode van de Logisch Positivisten, Popper, Kuhn en hemzelf te leggen en te kijken welke methode het beste verklaart waarom voorbeelden zoals Copernicus, Galilei, Newton, Darwin, Einstein goede wetenschap deden (gebruikt ze als ijkpunt).

Het blijkt dat:

  • hun theorieën niet persé meer bevestigd werden (positivisme)
  • hun theorieën ook allerlei tegenvoorbeelden en problemen hadden (falsificationisme)
  • Kuhn is niet normatief, dus daar heb je sowieso niets aan
  • Ze hadden wel meer en betere voorspellingen en verklaringen (Lakatos)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly