College 12 - Fodor Flashcards
Wie was Fodor?
- leefde in de 20ste eeuw (dood gegaan in 2017)
- new yorker
- schreef boeken waaronder: ‘the modularity of mind’
Wat is gematigd empirisme?
Fodor argumenteert voor een vorm van empirisme dat theorie-geladen observatie gedeeltelijk erkent (denk Kuhn), maar ook ruimte overlaat voor een onderscheid tussen bepaalde observatie (kat zit op de mat) en theorie (protonen en neuronen).
Welke drie soorten argumenten worden volgens Fodor doorgaans gebruikt ter ondersteuning van het idee dat er geen distinctie gemaakt kan worden tussen observatie en theorie?
En hoe weerlegd hij deze?
1.) Ordinairy Languague Argument
De term ‘observatie’ wordt steeds meer opgerekt: tegenwoordig kunnen wetenschappers botsende protonen ‘observeren’ in een deeltjesversneller.
FODOR: Dat wil nog niet zeggen dat observatie en theorie wérkelijk door elkaar lopen!
2.) Arguments from Meaning Holism
De ‘web of beliefs’ van Quine zegt dat de betekenis van termen niet afhangt van de werkelijkheid maar van het hele web van overtuigingen. Als je er één aanpast veranderen een heleboel van betekenis en ‘zien’ we ook andere dingen.
FODOR: betekenis is wél afhankelijk van eigenschappen in de wereld (denk twin-earth)
3.) Psychological Arguments
Waarnemen is probleemoplossen.
- Een baby ziet niet hetzelfde als ons, het leert met de tijd structuren te herkennen.
- Ons beeld wordt door onze hersenen gecorrigeerd (op de kop)
- Rorschach-test: we zien verschillende dingen
- Duck-rabbit van Kuhn
FODOR: het is niet altijd zo dat nieuwe kennis/theorieën bepalen wat we zien. Denk aan optische illusies, zelfs als je de kennis hebt dat 2 lijnen even lang zijn, blijft het anders lijken. Of een stok in het water, we weten dat het niet gebroken is, toch blijft het er zo wel eruit zien.
Oplossing: waarnemen is inderdaad probleem oplossen, maar het perceptueel systeem heeft geen toegang tot achtergrondkennis omdat het ingekapseld is (een aangeboren mentale structuur met onveranderlijke architecturale kenmerken).
In welk opzicht is onze perceptie ‘gekleurd’ volgens Fodor?
Er zit wel een beetje theorie in de in de perceptuele module, namelijk een ‘obeservatietaal’. Bijvoorbeeld ‘rood’ of ‘proton’.
Welke algemene conclusie trekt Fodor uit zijn betoog?
Dat het empirisme gedeeltelijk kan worden hersteld.
- Het is inderdaad zo dat waarneming altijd theoriebepaald is zodat we visuele ambiguïteit op kunnen lossen.
- maar deze theorie hebben we allemaal, we zien dus wel ‘hetzelfde’
- de waarneming wordt niet beïnvloed door wetenschappelijke (dus nieuwe) kennis, want de module in onze hersenen die waarneemt is daarvoor gesloten.
Er kan dus wél onderscheid gemaakt worden tussen observatie en theorie.
Dankzij deze gedeeltelijk herstelde objectiviteit kunnen wetenschappers tot een consensus komen.