Aantekeningen uit de les Flashcards
Welke 2 soorten opinieleiders zijn er?
- Influentials: invloedrijke adviseurs in de interpersoonlijke communicatie (vrienden, familie, kennissen, collega’s)
- Publieke figuren
Institute for propaganda analyses
- Onderzocht propaganda in tijdperk machtige media
- Identificeert aantal propagandatechnieken
- Technieken worden nog altijd gebruikt
Name Calling
Iemand zwart maken
Glittering Generality
Jezelf positief neerzetten (i.p.v. iemand zwart maken)
Transfer
Van negatief iets positiefs maken. Goed gevoel geven aan iets negatiefs
Testimonial
Door middel van een beroemd iemand. Om een goed woordje te doen
Plain Folks
Tegenovergestelde van testimonial de gewone mens gebruiken.
Bandwagon
“Op de grote kar springen”, meedoen met de rest.
Bijv. Mac-Donals doet “gezond”
Card- Stacking
Feiten benadrukken en verdraaien
Rond welk jaar was het tijdperk van de ontvanger?
Ca. 1950
3 soorten agenda’s
- Interpersoonlijk
- Intrapersoonlijk
- Gemeenschap
Babyboom
Een periode waarin de wetenschap zich aan ging passen (fundamenteel) behoefte om iets anders te doen in de media.
*Komt voort uit wat de mensen willen (niet de media)
Benoem de kenmerken (5) van de maatschappij in tijdperk van de ontvanger (fase 3)
- Naoorlogse welvaart leidt tot komst consumptiemaatschappij
- Belangrijke rol voor consumenten en reclame
- Adverteerders willen weten wat zich in ons hoofd afspeelt
- Nadruk op psychologie en kijk-en-luister-onderzoek
- Van “wat doen media met mensen” naar “wat doen mensen met media”
Zwamflokmodel
Wat ondergronds speelt (trending), beland vanzelf bovengronds
Ondergronds: interpersoonlijke communicatie
Bovengronds: massamedia
Wat zijn de motieven voor mediaconsumptie? (4)
- Leerfunctie
- Informatieve functie
- Vermaak genoegen
- Statusverschaffing (mee kunnen praten)
Uses and gratifications
In de jaren 50 gingen wetenschappers onderzoeken wat mensen willen:
- Motieven voor mediagebruik
- Ontvangers nemen alleen op wat prettig of belangrijk is (informatie)
- Ontvangers bepalen de betekenis van boodschappen
De wereld van 1965 Tijdperk sturend machtige media (4 kenmerken)
- Kritische wetenschappers keren niet terug naar injectienaaldtheorie, maar stellen wel weer vragen over effect op mensen
- Kritiek op macht zender en onderzoek naar invloed medium en boodschap
- Beïnvloed door protestgeneratie jaren ‘60
- Maar: ook ontvangertijdperk loopt door!
Agendasetting (3 kenmerken)
- Onderzoek toont verband aan tussen onderwerpen die veel in media komen en onderwerpen die ontvangers belangrijk vinden
- Thema’s die hoog op de media-agenda staan komen vanzelf hoog op de ontvangersagenda
- Media bepalen niet onze mening, maar wel waarover we het hebben
Intra-persoonlijke agenda
Onderwerpen die ontvanger zelf belangrijk vindt
Inter-persoonlijke agenda
Onderwerpen die ontvanger met anderen bespreekt
Gemeenschaps-agenda
Onderwerpen die groep van ontvanger belangrijk vindt
Wie bepaald vaak de agenda?
De media
Kritiek op agendasetting
- Theorie meet alleen kennis en niet de gevolgen in gedrag
- Theorie houdt geen rekening met sociale context van ontvangers
- Theorie houdt geen rekening met manipulerende karakter van media
- Theorie is uitsluitend gericht op overdracht via nieuws en politieke propaganda
Theorie 7: Framing (3)
- Media bepalen niet alleen waarover we het hebben, maar ook onze mening over die onderwerpen
- Manier waarop onderwerp in media wordt behandeld beïnvloed perceptie van de werkelijkheid
- Vaak bewust gestuurd door mediaprofessionals, bedrijven, belangenorganisatie, politici en spindoctors
*Het (al dan niet) manipuleerbaar bedoeld om een bepaald beeld zo in te zetten dat het gangbaar is voor iedereen