9de Flashcards
1
Q
Punctueel
A
Stipt, op tijd
2
Q
Radicaliseren
A
Extremere standpunten innemen, verhevigen
3
Q
Reactionair
A
Conservatief, terughoudend, tegen vernieuwing
4
Q
Redigeren
A
Schrijven, bewerken (van teksten)
5
Q
Reducereren
A
Verminderen, verkleinen
6
Q
Refereren (aan)
A
Verwijzen naar, noemen
7
Q
Relateren (aan)
A
In verband brengen met
8
Q
Rendabel
A
Winstgevend, lucratief
9
Q
Replessailles
A
Vergelding, schadevergoeding
10
Q
Representatief
A
Vertegenwoordigend, passend voor een voorbeeld
11
Q
Resistent
A
Weerstand biedend, ongevoelig voor
12
Q
Restrictie
A
Beperking, beperking van mogelijkheden
13
Q
Revolte
A
Opstand, verzet tegen het gezag
14
Q
Rigide
A
Stijf, onbuigzaam
15
Q
Rivaal
A
Tegenstander, concurrent