9. Postpartum - psychose en persoonlijkheidsmoeilijkheden Flashcards
Wat is de incidentie van postpartum psychose?
In de eerste maanden van het postpartum is de kans maal 16. Treden op binnen de week tot 4 weken. Snel en heftig begin.
1-2 per 1000 bevallingen.
Er is een grote biologische factor, mogelijk door het plots dalen van oestrogeen. Daarnaast wordt ook gesteld dat het iets te maken heeft met de dopamine-huishouding. Aangezien AP zo goed werkt, wil dat dan ook niet zeggen dat er in de eerste plaats iets mis was met die huishouding?
De risicofactoren zijn onduidelijk; life events (bijvoorbeeld trauma), eigen of familiale antecedenten van postpartum psychose, eigen of familiale bipolaire stoornis, slaaptekort
Wat is het klinisch beeld van een postpartum psychose?
- aanvankelijk onverschillig, apathie, verwardheid
- omgeving merkt dat er iets vreemd is
- plotse angst, verwarring, slapeloosheid
- optreden van hallucinaties en wanen (bij PP meer visuele hallucinaties, wat bij schizofrenie veel minder voorkomt)
- motorische symptomen (katatonie), verstoorde spraak of spraakwaterval
- grillig en fluctuerend patroon (maakt het moeilijk om te differentiëren van delirium)
Wat is de differentieel diagnose van postpartum psychose?
- baby blues
Bij de blues is er geen sprake van realiteitsverlies. - postpartum depressie
Een depressie is vaak schuldbeladen. Er zijn ook mengbeelden waarbij depressie en psychose door elkaar lopen. Bij beide kunnen existentiële kwesties of realiteitsverlies voorkomen. - angststoornissen
Een onderscheid kunnen maken tussen angsten en paranoia. - OCD
Belangrijk is het onderscheid tussen egodystoon (OCD) en egosyntoon. - delirium
Dit heeft vaak een organische oorzaak, maar toont zich psychisch. - intoxicaties
- auto-immuun encefalitis, reactie op medicatie
Wat is een postpartum psychose?
De bevalling is een massieve verandering van binnen naar buiten, een kind dat in jou gegroeid is en nu reëel daar is, buiten u, opgebouwd uit jouw materie.
Inhoud:
- hypochondrische wanen; kind is niet geboren, half geboren, iets anders is geboren
- paranoïde en misidentificatie-wanen; Capgras-waan (familie is vervangen door dubbelgangers en zien er dus hetzelfde uit) of Fregoli-waan (familieleden zijn vermomd als andere mensen)
- religieus (Jezus gebaard hebben)
- schuld, wanhoop (wereld gaat vergaan door deze geboorte)
- suïcidale en infanticide impulsen (zeldzaam maar komen voor)
Hoe ziet de psychosociale zorg voor postpartumpsychose er uit?
- Het gaat over een zeer overweldigende presentatie.
- Je moet het oppikken en eenmaal het risico ervoor vastgesteld is, is er observatie en intense zorg nodig. Deze vrouw wordt naar een moeder-kind-eenheid of gesloten centrum gebracht.
- Je moet daarnaast het systeem benaderen, de partner mee ondersteunen.
- Als de heftigheid wat voorbij is, moeders toelaten om goede ervaringen op te doen met hun kind
- Mee symboliseren, representeren en mentaliseren hoe het nu voelt om een kind op de wereld te zetten. Om te gaan van een één-heid naar drie (ik, kind en de wereld).
- Centrale vragen zijn ‘wie ben ik nu’, ‘hoe verhoud ik mij tot mijn kind’, ‘welke betekenissen liggen er in mijn wanen’?
Hoe ziet de prognose van een postpartum psychose er uit?
Meestal een goede prognose, wel intensieve behandeling
- hospitalisatie
- neuroleptica en benzodiazepines
- ECT bij manisch gekleurde toestanden
Risico op herval bij volgende bevalling is 20-50%
- met oog daarop beginnen mensen vaak profylactisch neuroleptica te nemen en psychotherapeutische begeleiding
- bijzondere aandacht voor de beleving van eenheid, separatie en autonomie
30-60% van vrouwen met een postpartum psychose krijgt nadien een bipolaire stoornis.
Hoe denk jij over postpartum psychose? Hoe zie jij de verhouding tussen normaliteit en ziek zijn?
Bij een onderzoek heeft meer dan 90% van de vrouwen minstens 1 PLE (psychotic like experience) gehad.
- een negatieve ervaring van bevallen heeft meer risico op een waanachtige ervaring
- trauma en moeite met moederschap hebben impact op het zelf-concept, wat het risico verhoogd op PLE
PLE gaan ervan uit dat er geen categoriaal onderscheid is tussen een psychotische en normale beleving/persoon, dit noemt men de continuïteitshypothese. Deze overlap is in het postpartum veel groter dan we denken. Heel veel vrouwen gaan in de eerste dagen of weken na de bevalling ervaringen hebben waar ze vaak niet over spreken, maar die wel wat bizar zijn. Dit is niet enkel bij postpartum zo, maar ook in de algemene bevolking. In de algemene bevolking is er 16% die symptomen hebben (gehad) die door een psychiater als psychotisch zou worden beoordeeld. Het toont wel dat er veel meer overlap is tussen psychotisch en niet-psychotisch.
In de fenomenologie is er de overtuiging dat schizofrenie (chronische vorm psychose), maar ook psychose zelf, niet zozeer gaat over hallucinaties en wanen, aldus de positieve symptomen. De essentie zou eerder onderliggend zijn, namelijk een stoornis van de zelfbeleving, de sense of self, het minimale zelf. We hebben zoiets als het narratief van onszelf maar om te weten over wie dat verhaal gaat, hebben we iets veel fundamenteler nodig. Deze sense of self wordt opgedeeld in
- sense of agency; de erkenning dat ik het ben die aan het spreken is, beweegt,…
- sense of ownership; de erkenning dat het mijn woorden, gedachten en gevoelens zijn
Deze verstoring van het zelf kan aanleiding geven tot positieve (hallucinaties, wanen) en negatieve symptomen (sociale afzondering, onbegrip)
Wat zijn persoonlijkheidsstoornissen?
Dit zijn langer bestaande klachten en moeilijkheden op het gebied van relaties, zelfbeeld, zelfwaarde, emotieregulatie en gedrag die meestal een star en duurzaam patroon hebben, en waarbij deze afwijken van culturele verwachtingen.
De psychische klachten en symptomen zijn depressie, stemmingswisselingen, angsten, spanning, eetstoornissen, middelenmisbruik, seksuele problemen, impulsiviteit, vermijding, aldus zeer uiteenlopend.
Kenmerkend is dat het eigenlijk niet gaat over die symptomen, onderliggende is er een bepaald patroon of dynamiek.
De mensen ondervinden het zelf als heel zwaar, de lijdensdruk is hoog, psychische pijn, eenzaamheid, gevaar
Etiologisch gaat m’n ervan uit dat het combinatie is van concrete omgevingsfactoren (hechting, mentalisatie, basisveiligheid) en eigen factoren.
Trauma speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van een persoonlijkheidsstoornis.
Welke persoonlijkheidsstoornissen zijn er?
Type A: excentrieke, vreemde indruk; weinig contact met anderen, weinig hulpvraag
- paranoide PHS (overtuigingen dat de wereld niet te vertrouwen is)
- schizoïde PHS (terugtrekken, weinig nood aan contact)
- schizotypische PHS (bizarre overtuigingen die wat psychotisch aanvoelen)
Type B: impulsiviteit, emotionele dysregulatie, externaliseren
- borderline PHS
- antisociale PHS (moeite met geweten en empathie)
- theatrale PHS (nood om in hun gevoel gezien te worden)
- narcistische PHS
Type C: angstig, conflict- en relatievermijdend, moeite met zelfstandigheid
- ontwijkende PHS
- afhankelijke PHS
- dwangmatige OCD PHS
Wat is borderline?
Een diepgaand patroon van instabiliteit in intermenselijke relaties, zelfbeeld en affecten en van duidelijke impulsiviteit, beginnend in de vroege volwassenheid en tot uiting komend in diverse situaties
- krampachtig voorkomen om feitelijk of vermeend in de steek gelaten te worden
- intermenselijke relaties afwisselend overmatig idealiseren en kleineren
- identiteitsstoornis: instabiel zelfbeeld of gevoel
- impulsiviteit
- suïcidale gedragingen
- affectlabiliteit
- chronisch gevoel van leegte
- moeite om kwaadheid te beheersen
- paranoïde ideeën of ernstige dissociatieve verschijnselen
Hoe ziet de psychische dynamiek er uit van borderline?
- zelf-ander: de beleving van zelf en ander is zeer zwart-wit. Alles is al-goed of al-slecht. Geen stabiel zelfgevoel en verwarring over wie ik ben.
- emoties: niet herkennen van emoties, geen woorden voor gekregen, afsluiten van gevoel na trauma, contact met innerlijke wereld is verdwenen
Fonagy omschrijft drie vormen van zijn op dat moment
Psychische equivalentie: uw ervaring van de werkelijkheid is hoe dat het is
Alsof-modus: wanneer iemand onder stress komt, beginnen alsof te doen, een niet doorleefd spreken
Teleologische modus: er moet iets gebeuren omdat ik echt begrepen ben of gezien wordt - basisveiligheid: een basisgevoel van onveiligheid, moeilijk om tot rust te komen bij zichzelf, fundamenteel wantrouwen ten opzichte van anderen
Uit wat bestaat de KLIPP behandeling bij borderline?
Klinische psychotherapie
- psychoanalytische groepstherapie: vrij associëren
- individuele procesbegeleiding: hoe loopt de therapie
- psychomotore therapie: lichaam, affect, veiligheid, contact, afreageren
- beeldende therapie: symboliseren van wat niet onder woorden te brengen is
- muziektherapie: affect, contact
- gezinsgesprekken: inschatting van gezin, contact en bespreekbaar maken
- psychiatrisch: grenzen, ondersteuning, medicatie
Waarom moet er aandacht zijn voor persoonlijkheidsmoeilijkheden in het postpartum?
De zwangerschap en het postpartum zijn kwetsbare periodes, in het bijzonder voor mensen met een PS: hechtingsstoornissen, geschiedenis van trauma, thema’s van ouder-kind zorg. De verhoogde stress en arousal zorgt voor een gedaald mentaliserend vermogen.
In deze periode kunnen ze hervallen in negatieve aannames over zelf-ander. De moeder-kind interactie, regulatie van het kind en de omgeving komt onder druk te staan.
Een gedaald mentaliseren heeft een effect op de zwangerschap/postpartum
- verhoogde impulsiviteit
- snel wisselende emoties
- snel wisselende seksuele contacten
- risico op middelenmisbruik, agressie, suïcidaliteit
- emotiedysregulatie
- onvoorspelbaarheid
- weinig mogelijkheden om de interne wereld van het kind in te beelden: de hechting raakt verstoord, affectregulatie is moeilijk voor het kind (herhalen van eigen band met ouders, inner duality)
Wat is je rol als hulpverlener bij persoonlijkheidsmoeilijkheden in het postpartum?
Niet te geïnvesteerd zijn, voldoende neutraliteit en afstand met betrokkenheid behouden.
Nieuwsgierige open bevraging van de eigen beleving en die van het kind.
- wat maakt je boos aan de zwangerschap?
- waarom zou je baby huilen?
Authentiek aanmoedigen en bekrachtigen in sterktes en groei.
Moeder en vader aanzetten tot spiegeling en affectregulering.
Het mentaliserend vermogen van de ouder stimuleren.
Niet overnemen van de zorg voor het kind maar tonen en interesse wekken.
Transgenerationeel doorgeven van verstoornde spiegeling en hechtingsmoeilijkheden voorkomen of beperken.