7. Postpartum - psychologie en seksualiteit Flashcards
Welke psychiatrische symptomen zien we tijdens het post-partum?
We spreken van het post-partum in de eerste 6 weken na de geboorte. Het is zowel lichamelijk als psychosociaal een overrompeling.
Het risico op suïcidaliteit is verdubbeld gedurende 6 maanden. De kans op psychiatrische hospitalisatie is maal 18.
Het gepland ouderschap en het idee dat we hier controle over hebben, heeft dat een impact op de symptomatologie? En wat als het kind toch niet helemaal is zoals jij u had voorgesteld (zoals we zien op echo’s enzo)
Hoe ziet de psychische kant van het bevallen er uit?
Zelfvertrouwen behouden in vroege fase van bevalling
- begin van de weeën (opwinding, blijdschap, angst)
- delen van begin weeën
- verder doen als gewoonlijk
Terugtrekken wanneer de arbeid intensiveert
- intensiteit accepteren (nood aan een veilige omgeving en gekende aanwezigen)
- teruggaan naar innerlijke wereld (dissociatieve ervaring, angst voor de dood)
- terugkomen om te persen (terug naar de realiteit)
De uniekheid van de ervaring van geboorte
- hoogtepunt bereiken (zenith, euforie)
- baby ontmoeten (snel kijken of alles normaal is, samenzijn)
- empowered self (transformatie)
De empowerende ervaring van bevallen
Wat gebeurt er psychisch eenmaal dat het kind er is?
De mens heeft een fysiologische vroeggeboorte; nood aan intense zorg voor overleven. Kind is hulpeloos en vitaal afhankelijk wat de archaïsche beleving triggert: zonder taal, motherese, mentaliseren.
Wordt de eigen nood aan tederheid en geborgenheid die wij allemaal hebben aan de kant geschoven voor dat kind? Of wordt deze net gerealiseerd in contact met dat kind?
De innerlijke drift dat in zo’n kind zit moet gehouden worden. Alle gewaarwordingen zijn plots helemaal anders dan in de baarmoeder, zonder dat hier enigszins vorm aan te geven is. Dat is dan wat ouders doen; kind vasthouden op een bepaalde manier die holdend en containing is en vroeg mentaliseren. Het gewaarworden van dat kind is zo vaag dat er iets nodig is om dat te kunnen vertalen.
Dit is niet zo verschillend van wat we in psychotherapie doen.
Hoe communiceren pasgeboren baby’s met hun ouders?
Motherese en mentaliseren.
De taal van de ouders naar hun kind, is dit iets universeel?
Aanspreken, herhalen, hogere stem.
Het spreken, invullen, raden en suggereren van de innerlijke belevingen.
Het proberen denken van denken, voelen van voelen.
Mentaliseren en contingent gemarkeerd spiegelen.
Wat is mentaliseren?
Fonagy.
Het in gedachten houden van de gedachten, het voel van het voelen, van zichzelf en anderen.
Het waarnemen en interpreteren van gedrag van anderen en het toeschrijven van emoties, intenties, affecten, noden, verlangens en bezorgdheden.
Contingent gemarkeerd spiegelen.
Gemarkeerd: het moet overdreven zijn en op een andere manier teruggegeven worden
Spiegelen: de emotie die uitgedrukt wordt, wordt erkent
Het is erg verwarrend wanneer dit spiegelen misgaat.
Wat is het belang van mentaliseren binnen een ouder-kind relatie?
Mentaliseren gaat over het in gedachten houden van de gedachten van de andere, het voelen van het gevoel van de andere. Maar je kan ook mentaliseren over jezelf, nadenken bij een gevoel dat je hebt gehad en waarom dat zo zou zijn.
Mentaliseren is een poging doen om woorden te geven aan wat iemand voelt. In de vroege interactie met kinderen noemt met dat dan contingent gemarkeerd spiegelen.
Het is belangrijk dat het kind voelt dat de emotie die uitgedrukt wordt, gezien en erkent wordt (spiegelen) maar ook dat deze niet op dezelfde manier wordt teruggegeven (gemarkeerd). Hierdoor wordt het verschil tussen ‘ik’ en de buitenwereld ook steeds duidelijk. ‘Als ik mij boos voel, wil dat niet zeggen dat iedereen zich boos voelt’.
Als het niet lukt als ouder, als je niet voelt wat je kind voelt kunnen er belastende zaken ontstaan zoals een alien self.
Wat is de background of safety?
Dit is een concept van Sandler.
Sandler onderscheidde twee situaties van onveiligheid:
- trauma: het ego wordt hulpeloos blootgesteld aan hoeveelheden opwinding die niet kunnen ontladen of gecontroleerd worden
- gevaar: het ego anticipeert op een situatie die hij niet onder de knie kan krijgen of potentieel traumatisch is
Ongeorganiseerde sensaties komen binnen via verschillende sensorische organen. De transformatie van die sensaties in percepties maken integratie en anticipatie mogelijk. Hiermee voorkom je dat je traumatisch overweldigd wordt door externe of interne excitatie. Het ego ervaart een gevoel van veiligheid.
De achtergrond van een gevoel van veiligheid verschijnt al vanaf de eerste ervaringen van bevrediging van de behoeften van het kind.
Sandler stelt dat dit spontaan gebeurt doordat je cognitief ontwikkelt. De prof stelt dat deze achtergrond van veiligheid ontstaat in contact met anderen, maar ook in het voortdurend delen van affecten en ervaringen met bepaalde anderen. Fenomenen als gemarkeerd spiegelen zijn hier belangrijk; de moeder geeft blijkt van begrip van de interne toestand van het kind en geeft tegelijk aan dat zij niet dezelfde toestand ervaart. Aan de basis van deze effectieve communicatie tussen ouder en kind ligt intercorporealiteit; het intiem delen van belichaamde affectiviteit.
Hoe kan deze achtergrond van veiligheid gaan van enkel in het hier-en-nu naar een werkelijk continue achtergrond? Door Husserl zijn ‘innerlijk tijdsbewustzijn’ te integreren. Elke ervaring is gestructureerd in drie onafscheidelijke momenten:
- impressie: de ervaring op een gegeven moment
- retentie: vasthouden van wat we net hebben ervaren
- protentie: anticiperen op ervaringen die gaan komen
Het krijgen van kinderen maakt dat uw eigen geschiedenis op het toneel verschijnt. Wat heeft dat voor implicaties op het post-partum?
Plots wordt je ouder en wordt je geconfronteerd met het moeder of vader zijn. Je gaat moeten nadenken over wat voor ouder je wil zijn in een bepaalde situatie. Elke fase vereist iets anders, en elke fase brengt nieuwe conflicten en mogelijkheden met zich mee. Wat zijn je verlangens die er naast dat ouderschap ook zijn? En hoe ga je daarmee om als dat conflicteert?
Dit zijn heel persoonlijke belevingen gebaseerd op je eigen geschiedenis en psyche. Ben je je daar bewust van en is het nodig om dit te zijn?
Belangrijke vragen zijn
- hoe beleefden de ouders hun eigen ouders?
- wat werd doorgegeven rond ouderschap?
- wat waren de expliciete dingen die gezegd werden?
- wat waren de mythes in jouw gezin?
Waardoor je eigenlijk in een transgenerationele scene komt: je zit tegelijk in gesprek met jezelf als kind, jezelf als ouder, als met je ouders als ouder.
Welke relationele verschuivingen zien we in het postpartum?
De realiteit is nu eenmaal vermoeidheid, iedereen is uitgeput, er is heel weinig tijd voor andere zaken en de ouders zijn vaak heel gericht op het kind.
De beleving van de partner is helemaal anders. Het is niet meer gewoon uw vrouw of man maar nu ook moeder of vader. En ook je eigen beleving als moeder of vader.
Typisch is dat er orale concurrentie ontstaat; veel focus op alcohol en eten om iets te krijgen en verzadigd te worden, wat er op relationeel, intiem of seksueel vlak veel minder is.
De inter-generationele verschuiving is ook zeer belangrijk. Hoe kijk je naar je ouders nu die grootouders zijn? En hoe zijn ze als grootouder? Zie je kanten van je ouders die je daarvoor nooit gezien hebt? Waarom doen ze nu zo voor dat kind en bij mij niet?
Maar ook, wie stelt de wet? Bijvoorbeeld kerstmis (wie organiseert, kunnen de kinderen blijven slapen, wie maakt het eten)
De familiegeschiedenis wordt retrograad geschreven. Genetisch worden we van bovenaf beschreven, wordt doorgegeven doorheen generaties. Vanaf het moment dat er een kind is, draait dit om. Je blikt terug op de eigen ouders, eigen kindertijd en beslist welke zaken je meeneemt of verandert.
Wat gebeurt er met het koppel in het postpartum? Welke soort moeders en vaders heb je?
De beleving van zwangerschap bestaat niet, elke zwangerschap is anders. Maar zijn er toch grote lijnen soorten ouders?
Joan Raphael-Leff spreekt voor het eerst voor faciliterende en regulerende moeders, die reeds voor de zwangerschap herkenbaar zijn. Belangrijk hierbij is dat dit slechts een oriëntatie is en zeker geen blauwdruk. Deze kunnen helpen begrijpen waarom bepaalde fases van zwangerschap/postpartum/ouderschap voor sommigen extra kwetsbaar zijn.
(1)
Tijdens de zwangerschap:
faciliterende moeder
- overgeven aan zwangerschap
- fusie, één-voelen
- verschuift sterk naar een mama-identiteit
- nieuwsgierig
regulerende moeder
- afschermen van emoties
- gevoel van beperking
- foetus soms als parasitair
- verzetten zich tegen regressieve impulsen
- strenge zelf-discipline
Rond de bevalling:
faciliterende moeder
- zo natuurlijk mogelijk
- afkeer van medicalisering
regulerende moeder
- zo proper en geciviliseerd mogelijk
- afkeer van pijn en angst voor wat er gebeurt
- vertrouwt minder op eigen lichaam en meer op medische omkadering
Complicaties tijdens de bevalling hebben een heel andere impact op het psyche.
Vroeg postpartum:
faciliterende moeder
- zoveel mogelijk aanpassen aan baby
- borstvoeding a la demande
- huilen als communiceren
- lang op ouderlijke slaapkamer
- moederschap als instinctief functioneren
- enkel mama-kind brengt veiligheid
- moederschap als ontwikkeling eigen persoonlijkheid
- kind als ik-ideaal dat alles moet krijgen
regulerende moeder
- moeder moet alles weten (veel inlezen)
- kind moet schema moeder volgen
- zelfstandigheid als vrouw blijft voorop
- huilen brengt twijfel over communicatie of vraagt aandacht
- snel naar eigen kamer
- veiligheid ontstaat door routine
- moederschap als bedreiging eigen persoonlijkheid
Zaken worden heel anders beleefd: borstvoeding dat niet lukt, terug gaan werken
(2)
Participerende vader
- verlangen zwangerschap en bevalling intens mee te maken
- pre-natale raadpleging, voelen aan buik, mee verzorgen
- heeft toegang tot eigen vrouwelijke en maternele aspecten
- verzorgt de vrouw maar ook gewichtstoename en alcohol (eigen noog aan verzorging?)
Verzakende vader
- meer mannelijke gedrag: meer werken, meer weg
- moeite met ervaren en tonen maternele aspecten
- praktische zaken regelen
- betekent niet niet-betrokken, maar defensies komen naar boven
(3)
Conventioneel gezin: faciliterende moeder, verzakende vader
- vrouw wordt steeds meer moeder, vader meer afwezig en economisch meer bepalend
- kan een gunstig compromis zijn voor het koppel en net vervallen in extremen
- zowel voor het kind als voor partners kan het té eenduidig worden
Twee carrière gezin: regulerende moeder, verzakende vader
- professionele loopbaan primeert
- opvoeding en zorg door anderen
- realiteitsgebonden oplossingen of uiting van innerlijke conflicten
- objectwereld komt weer op het toneel: zelf kind zijn, zelf ouder zijn, uit de weg gaan van wat door de moeder/vaderrol getriggert kan worden.
Rolomkeringsgezin: regulerende moeder, participerende vader
- man bemoedert, identificatie met eigen moeder
- moeder toont vooral vaderlijke identificatie
- kan probleemloos zijn of geforceerd door de andere of eigen dynamiek
Dubbel verzorgingsgezin: faciliterende moeder, participerende vader
- kunnen zich identificeren met maternele aspecten en liefhebbende ouder
(4)
Hier zit uiteraard een heel groot waardeoordeel in. Wat doet het er eigenlijk toe? Wanneer is het eigenlijk oké ouderschap? Winnicot heeft dit geprobeerd met de good enough mother.
Wat is de the good enough mother volgens Winnicot?
Een moeder is reëel, en niet goed of slecht. Aanvankelijk misschien heel faciliterend, nadien mag ze beginnen falen en het kind zal hiermee beginnen omgaan.
Hoe ziet de seksualiteit in het postpartum eruit?
Het spreekt voor zich dat het een enorme verandering is bij de geboorte van het kind.
Vroeger was er vooral interesse in ‘hoe hernemen we seksueel contact?’. Nu komt veel meer de vraag naar wat de dynamiek is die daarin speelt. Wat gebeurt er tussen het koppel op seksueel gebied en verlangen?
- seksueel verlangen en coïtus daalt tijdens zwangerschap
- vooral bij oudere vrouwen
- vermindering van masturbatie door de vrouw tijdens zwangerschap
- relatieve toename van door de vrouw geïnitieerd seksueel contact; mogelijk door daling van de man (beleving zwangere vrouw, angst voor complicaties)
De frequentie van coïtus na een zwangerschap daalt gedurende een jaar. Welke factoren dragen hiertoe bij?
Pijn
- de knip en perineaal trauma
- tot 1 jaar lang pijn
- nadeel knip: infectiegevaar, bloedingen, seksueel contact bemoeilijken
Stress-incontinentie
- verminderde kracht bekkenbodemspieren
- speelt ook een rol bij orgasme
Borstvoeding
- hormonaal: verminderde bevochtiging bij seksuele opwinding
- beleving: zogende moeder vs object van verlangen
- zeer vermoeiende activiteit
- kan tegelijk erotiserend als niet-erotiserend ervaren worden
- het verlangen aangeraakt te worden daalt mogelijk door de continue aanwezigheid van het kind
- afhankelijk van faciliterende of regulerende moeder
Vermoeidheid
- normaal versus pathologisch
- libidodaling en vermoeidheid kunnen postpartum depressie maskeren
Lichaamsbeleving
- 40% na 1 jaar ontevreden over lichaam
Aanwezigheid kind in slaapkamer
- verbod, voyeurisme, oerscene
Relationele verandering
- relationele voldoening daalt
- verstoring relationele dyade
- verstoring communicatie algemeen en over seksualiteit
Overspel partner
- als poging om verlies aan exclusiviteit te ontkennen
- poging om aan transitie naar ouderschap te ontkomen
- poging om nieuwe mama te beschermen tegen eigen agressieve drift