3.1 vorm functie relatie in weefsel Flashcards
welke 4 typen basisweefsel zijn er?
epitheel
spierweefsel
bindweefsel
zenuwweefsel
welke 2 typen epitheel bestaan er?
bedekkend epitheel (bijv in thorax) secretoir/ klierepitheel
welke 3 vormen epitheel zijn er?
plaveisel: platte cellen dicht tegen elkaar gelegen. hoogte is klein tov de breedte
kubisch epitheel: vierkante cellen
cylindrisch epitheel: kolommen die naast elkaar liggen. hoogte is groot vergeleken de breedte
waaruit bestaat de huid?
meerlagig verhoord plaveiselepitheel
losmazig vezelig bindweefsel onder het epitheel
wat voor epitheel zit in de slokdarm?
meerlagig niet-verhoornd plaveiselepitheel
wat is overgangsepitheel?
iets wat van vorm verandert. zit bijv in de blaas
wat betekend verhoornd?
de bovenste cellaag en celkern zijn verloren gegaan en onder invloed van keratine is een stevige laag gevormd tegen mechanische invloeden en uitdroging
wat zijn 6 functies van de huid?
bescherming
opvang van signalen
thermoregulatie
metabool: vitamine D, zweet, talg, melk
communicatie: teint en geur
absorptie: licht en farmaca
waaruit bestaat de huid micro anatomisch?
endotheel
dermis
hypodermis/ subcutis
uit welke 4 cellen bestaat het epitheel?
keratinocyten (het meeste)
melanocyten
langerhanscellen
merkelcellen
hoe vindt de verhoorning plaats van onderen naar boven?
stratum basale (epidermis). celdeling
stratum spinosum (meest celrijk)
stratum granulosum (begint keratinisatieproces)
stratum lucidum (alleen cellen met keratine, geen celkern of organellen)
stratum coneum (laatste stap keratinisatieproces)
het epitheel is moeilijk doordringbaar omdat de cellen dicht tegen elkaar liggen. hoe?
met desmosomen. dit zijn verbindingen tussen Cadherines met intermediairfilamenten (in de huid als keratine)
hemidesmosomen verbinden de cellen met onderliggend bindweefsel.
wat gebeurd er als de cellen van het epitheel niet verbonden zijn met het onderliggende weefsel?
er ontstaat blaasvorming. bijvoorbeeld epidermolysis bullosa.
wat zijn 5 kenmerken van keratinocyten?
- cell renewal: opbouw vanuit stamcellen in stratum basale
- samenhang en verbinding door desmosomen. er is nauwelijks tussenstof en lopen bijna geen bloedvaten
- opbouw in lagen: fasen van keritanisatie/ verhoorning
- ondoordringbare epidermis
- vitamine D productie: 7-dehydrocholesterol wordt onder invloed van UV omgezet in vitamine D3
in de epidermis zitten ook nog andere cellen dan keratonicyten. wat zijn 4 kenmerken van langerhans cellen?
het is een type dendritische cel
voornamelijk in stratum spinosum
het zijn immunologische sensoren (nemen bijv waar dat er een bacterie is binnen gedrongen)
kunnen migreren van epidermis naar lymfeklier
in de epidermis zitten ook nog andere cellen dan keratonicyten. wat doen melanocyten?
- ze produceren melanine en scheiden dit uit via exocytose. keratinocyten nemen dit nu op
- melanine productie gestimuleerd door UV. het heeft een beschermende functie (ook aanwezig in keratinocyten)
melanine zit in keratinocyten en heeft een beschermende functie. welke?
ze zitten als cap over de kern en kunnen zo bijv het DNA beschermen tegen UV.
hoe kan er een verschil zijn in huidskleur?
melanocyten hoeveelheid is bij elke persoon hetzelfde. de mate van melanine synthese zorgt voor het verschil
iemand met een donkere huid heeft dus niet meer melanocyten maar produceert meer melanine
in de epidermis zitten ook nog andere cellen dan keratonicyten. wat doen merkelcellen?
ze zitten aan het uiteinde van zenuwuitlopers en kunnen dus tast en druk waarnemen
hoe wordt beschermt tegen DNA-schade
ontstekingsreactie DNA repair meer pigmentatie dikkere huid factor 30 smeren
wat is secretoir epitheel?
talgklieren en zweetklieren
talgklier zit onder de haar
uit welke 4 structuren bestaat bindweefsel?
cellen
vezels
amorfe matrix (proteoglycanen, koolhydraten, eiwitmoleculen en vezels)
weefselvloeistof
wat zijn de lichaampjes van vater-pacini?
sensoren in de huid. ze kunnen tast, druk, trillingen waarnemen en bevinden zich in de dermis, epidermis en inwendige organen
wat gebeurd er met de huid als je ouder wordt?
- huid wordt dunner
- hoornlaag wordt dunner
- papillen (zweet en talgkliertjes) worden vlakker
- huid bevat minder collageen
- elasticiteit neemt af
- glycosaminolycanen verdwijnen–> slechtere verbinding met water