ZO.3 - Sortering en afbraak van eiwitten

Question 1

Wat gebeurt er als we het Nuclear Location Signal van een transcriptiefactor vervangen door een ER import signal?

Answer 1

Het eiwit wordt niet naar de kern getransporteerd, maar tijdens de synthese herkend als bestemd voor het ER (Alberts Fig 15-13; fig 15 14 Signal recognition particle), door membraangebonden ribosomen via een translocatie kanaal naar het lumen van het ER getransporteerd Fig 15-15 (daarna wordt het waarschijnlijk via het Golgi apparaat uitgescheiden – constitutieve secretie - bij gebrek aan sorting signalen Fig 15-18)

Question 2

Wat is het belangrijkste overeenkomst en verschil tussen eiwit transport naar de kern en eiwittransport naar peroxisomen of mitochondriën?

Answer 2

Overeenkomsten: signaal peptide -> receptor -> porie/translocator
Verschil: transport naar kern: behoudt van eiwitconformatie; transport naar mitochondrium: ontvouwing en hervouwing

Question 3

Wat is de functie van Glad ER

Answer 3

Glad ER is een membraan systeem dat in contact staat met het RUW ER, meer tubulair, bevat membraan gebonden enzym-complexen, die onder andere dienen voor lipide synthese, chemische modificatie (hydroxylering, conjugatie reacties) van vet-oplosbare moleculen (onder andere de-toxificatie reacties, met name in de lever).

Overigens zijn de enzymen van het glad ER ook aanwezig in ruw ER, er is geen strikte scheiding. Een andere algemene functie van ER is de opslag van Calcium ionen.

• lipide synthese
• chemische modificatie van vet-oplosbare moleculen
• detoxificatiereacties
• opslag van Calcium ionen

Question 4

Waar vindt glycosylering plaats?

Answer 4

Core glycosylation RER

complexe glycosylering in Golgi

Question 5

Noem een aantal functies van glycosylering?

Answer 5

• Sorteer signaal
• bescherming tegen enzymatische afbraak
• bevorderen oplosbaarheid
• selectief herkenningsignaal bv bij cel-cel interacties.

Question 6

Beschrijf stap voor stap hoe lysosomale enzymen worden gemaakt

Answer 6

1. eiwitsynthese ER
2. vesiculair transport ER-Golgi
3. glycosylering, sortering in Golgi (mannose-6-fosfaat)
4. sortering naar lysosomen

Question 7

Wat gebeurt er met een cel als we de pinocytose remmen?

Answer 7

Omdat er tegelijkertijd sprake is van secretie en pinocytose (turnover van de plasmamembraan) zal het oppervlak van de plasma membraan toenemen. Van membraan eiwitten met een snelle turnover zal het aantal moleculen op het oppervlak van de cel toenemen.

Question 8

Wat is de overeenkomst tussen pinocytose, RME en de afsnoering van transport vesicles?

Answer 8

Coated vesicles

Question 9

Eiwitafbraak door proteasomen is een selectief proces. Hoe komt deze selectie tot stand?

Answer 9

Selectieve additie van ubiquitine

Question 10

Wat gebeurt er met een organel als de persoon na vermeerdering niet zoveel meer nodig heeft?

Answer 10

Afbraak van overtollige organellen. Je ziet dan autofagosomen die fragmenten van organellen bevatten.

Question 11

Lysosomen bevatten enzymen die eiwitten en lipiden afbreken. Hoe komt het dat deze niet zelf worden afgebroken?

Answer 11

Door hun structuur. Door complexvorming en glycosylering zijn actieve lysosomale enzymen en membranen niet toegankelijk voor de enzym activiteit.