Work Flashcards
1
Q
Actor
A
Acteur / actrice
2
Q
Actor (stage)
A
Toneelspeler / toneelspeelster
3
Q
Author / writer
A
Schrijver / shrifster
4
Q
Baker
A
Bakker / bakster
5
Q
Bookkeeper
A
Boekhouder / boekhoudster
6
Q
Bookseller
A
Boekhandelaar / boekhandelaarste
7
Q
Butcher
A
Slager
8
Q
Cashier
A
Kassajongen / kassameisje
9
Q
Dentist
A
Tandarts
10
Q
Doctor
A
Dokter
11
Q
Engineer
A
Ingenieur
12
Q
Hairdresser
A
Kapper / kapster
13
Q
Journalist
A
Journalist / journaliste
14
Q
Judge
A
Rechter
15
Q
Lawyer
A
Advocaat