Seasons Flashcards
1
Q
Winter
A
De winter
2
Q
Spring
A
De lente / het voorjaar
3
Q
Summer
A
De zomer
4
Q
Autumn
A
De herfst / het najaar
Basic: Dutch > Seasons > Flashcards
Winter
De winter
Spring
De lente / het voorjaar
Summer
De zomer
Autumn
De herfst / het najaar