Wijze Woorden - M Flashcards
1
Q
feasible
可行的 / 可能的
A
maakbaar
= geschikt / te realiseren / te vervaardigen
2
Q
feasibility
A
de maakbaarheid
3
Q
manipulation
A
de manipulatie
4
Q
manipulate
A
manipuleren
5
Q
margin
A
de marge
6
Q
marginal
A
marginaal
7
Q
mark
A
markeren
8
Q
marking
A
de markering
9
Q
mask (v)
A
maskeren
10
Q
mass
A
de massa
11
Q
massive
A
massaal
12
Q
material
A
het materiaal
13
Q
matter
A
de materie
14
Q
matrix
模型
A
de matrix
15
Q
maximum
A
maximaal
16
Q
maximize
A
maximaliseren
17
Q
maximum
A
het maximum
18
Q
mechanism
A
het mechanisme
19
Q
cooperation
A
de medewerking
20
Q
media
A
de media
21
Q
compete
A
meedingen (naar)
= concurreren
22
Q
many-sided
A
meerzijdig
23
Q
measurable
A
meetbaar
24
Q
take into account
A
meewegen
(woog mee / heeft meegewogen)
= van belang zijn / meetellen
25
Q
cooperate
A
meewerken