Wijze Woorden - B Flashcards

1
Q

pioneering

revolutionair

A

baanbrekend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

balance (Verb)

A

balanceren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

balance (noun)

A

de balans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

basic (adj)

A

basaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

base

A

baseren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

basis (noun)

A

de basis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

agree with

A

beamen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

answer

A

beantwoorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

substantiate 證實

beredeneren

A

beargumenteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

calculate

A

becijferen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

comment (on)

A

becommentariëren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

conceive / think of

A

bedenken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

discuss

A

bediscussiëren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

amount to

A

bedragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

threaten

A

bedreigen (met)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

threat

A

de bedreiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

considerabl(e)/(y)

A

beduidend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

terminate

A

beëindigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

conceptualization

A

de beeldvorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

supervise

A

begeleiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

accompanying / supervised / instructed

A

begeleidend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

supervision

A

de begeleiding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

limit (verb)

beperken

A

begrenzen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

estimate

becijferen, berekenen, schatten

A

begroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
discuss / treat / manage | omgaan met
behandelen
26
treatment / management
de behandeling
27
manageable
beheersbaar
28
control
beheersen
29
help
behulp
30
influence
beïnvloeden
31
known
bekend
32
announce
bekendmaken
33
sink in | aanhounden / standhouden / voortduren
beklijven
34
brief 簡潔的 | bondig / kort samengevat
beknopt
35
criticize
bekritiseren
36
interesting / prominent 顯眼的
belangwekkend
37
policy
het beleid
38
approach (verb)
benaderen
39
approach (noun)
de benadering
40
emphasize
benadrukken
41
require
benodigen
42
name / appoint
benoemen
43
assess
beoordelen
44
assessment
de beoordeling
45
certain
bepaald
46
determine
bepalen
47
restrict | begrenzen
beperken
48
restriction
de beperking
49
restricted
beperkt
50
tried and tested
beproefd
51
test
beproeven
52
reason (out)
beredeneren
53
calculate
berekenen
54
calculation
de berekening
55
cause
berokkenen
56
available
beschikbaar
57
have | beslissen / regelen / in bezit hebben
beschikken
58
decision
de beschikking
59
describe
beschrijven
60
descriptive
beschrijvend
61
description
de beschrijving
62
take up / cover | in beslag nemen / bestijken
beslaan
63
discuss
bespreken (iets met iem)
64
combat / dispute / fight / control
bestrijden
65
study
bestuderen
66
sciences
de béta
67
significance
de betekenis
68
argue
betogen
69
argument
het betoog
70
involve
betrekken
71
relation
de betrekking | betrekking hebben op
72
reliable
betrouwbaar
73
question / doubt
betwijfelen
74
contain
bevatten
75
finding
be bevinding
76
interview
bevragen
77
revise
bewerken
78
revision / processing
de bewerking
79
effect
bewerkstelligen
80
proof
het bewijs
81
prove
bewijzen
82
occupy (oneself)
zich bezighouden
83
bibliography
de bibliografie
84
corresponding
bijbehorend
85
enclosed
bijgaand
86
keep up to date
bijhouden
87
additional
bijkomend
88
appendix
de bijlage
89
Refine
Bijschave
90
adjust (iets, eg. rapport / begroting) | aanpassen
bijstellen | *bijgesteld
91
adjust (plan /actie) | steer away from iets..
bijsturen | *bijgestuurd
92
for example
bijvoorbeeld
93
apparently
blijkbaar
94
appear / turn out to be
blijken
95
block
blokkeren
96
be exposed to
blootstaan
97
expose to
blootstellen
98
upper limit
de bovengrens
99
dominant
bovenliggend
100
above
bovenstaand
101
source
de bron
102
reference
de bronvermelding
103
budget
het budget
104
collect
bundelen