Week 9 Flashcards

1
Q

wanneer is de prognose voor een hardloopblessure gunstig?

A
  • nog niet eerder een blessure gehad
  • geen comorbiditeiten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn risicofactoren voor hardloopblessures?

A

demografisch:
- overgewicht
- leeftijd

training:
- >65 km/week
- ≥1.5 ACWR
- versleten schoenen

techniek:
- stapfrequentie

historie:
- eerdere blessure

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is de rol van training op het ontstaan van blessures?

A

door de ACWR die uit balans is kan het zijn dat er een week is waarin ineens veel meer wordt gedaan dan de vorige weken. hierdoor is er een grotere kans op blessures.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is de rol van schoeisel op het ontstaan van blessures?

A

lopen op voorvoet: weghalen piekbelasting tijdens landing –> meer belasting kuiten, achillespees en voeten, maar minder knie en heup.

ook kortere stappen maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke preventiemaatregelen zijn mogelijk bij hardlopen?

A

zonder last van blessures –> geen preventiemaatregelen nodig

bij blessures –> training, schoeisel en looptechniek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is een popeye sign?

A

als de lange bicepspees gescheurd is –> biceps gaat laag zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe nemen de spieren bot mee als de schouder gefractureerd is?

A
  • supraspinatus –> tuberculum majus naar achterren mee
  • pectoralis –> humerusschacht naar mediaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat zijn de kenmerken van een proximale humerus fractuur?

A
  • komt heel veel voor
  • vaak bij oude mensen, over het algemeen niet gedisloceerd
  • risicofactoren: vrouw, postmenopauzaal, herhaald vallen, laag BMD
  • behandeling: operatief schoreven/plaat (als comminutief), conservatief pijnstilling en oefentherapie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welke 4 belangrijke botstructuren kunnen betrokken zijn bij een proximale humerus fractuur?

A
  • humeruskop
  • schacht
  • tuberculum majus
  • tuberculum minus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn de kenmerken van een sleutelbeen fractuur?

A
  • meest voorkomend = midschacht fractuur
  • vooral jonge mensen en mannen
  • kans op non-union als botdelen ver uit elkaar liggen
  • redenen voor operatief behandelen: dislocatie, open fractuur, …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat zijn de kenmerken van een schouderluxatie?

A
  • over het algemeen anterieur (geforceerde abductie exorotatie)
  • anterieur of posterieur op foto beoordelen in Y opname
  • test –> apprehension test (schrikreactie bij positieve test)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn de kenmerken van een AC luxatie?

A
  • bij vallen rechtstreeks op schouder
  • lastig te reponeren
  • pianotoets fenomeen
  • ligamenten kunnen scheuren, valt niet te hechten (wel vervangbaar door donorpees)
  • veel instabiliteit –> operatief behandelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke technieken zijn bruikbaar voor het herstellen van een voorste schouder luxatie?

A
  • tractie
  • hevel techniek
  • biomechanische techniek (cunningham: masseren, arm in exorotatie –> abductie –> elevatie –> klaar)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat zijn intrinsieke factoren voor schouderpijn?

A
  • tendinose/degeneratie
  • verminderde vascularisatie
  • overbelasting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zijn extrinsieke factoren voor schouderpijn?

A

externe impingement/inklemming tegen acromion/coracoacromiale boog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is de belangrijkste functie van de rotator cuff en hoe zien we dit gebeuren in het transversale vlak?

A

stabilisatie van de schouder:
- endorotatie van subscapularis
- exorotatie door teres minor en infraspinatus

17
Q

wat zijn kenmerken uit de anamnese en het lichamelijk onderzoek die wijzen op rotator cuff problemen?

A
  • pijn aan voor/buitenzijde bovenarm
  • erger bij activiteiten boven schouderniveau
  • uitstralen naar arm
  • eventueel atrofie
  • painful arc
  • exorotatie weerstand test
  • hawkins test
18
Q

welk aanvullend onderzoek is mogelijk bij rotator cuff arthropathie?

A

röntgen:
- omartrose ja/nee
- scheur rotatorcuff

echo en MRI:
- weke delen beoordeling

19
Q

hoe en wanneer behandelen we een antebrachii fractuur operatief?

A

als er ofwel distaal ofwel midschacht veel dislocatie heeft plaatsgevonden

door K-draden bij distaal fractuur, of een pen (/plaat) bij midschacht fractuur

20
Q

waar geeft een re-fractuur van het antebrachii een grote kans op?

A

rotatiebeperking

21
Q

wat doen we om refractuur van het antebrachii te voorkomen

A

3 maanden sportverbod bij midschacht fracturen

22
Q

wanneer is de kans groot dat een correctie osteotomie bij een antebrachii fractuur werkt?

A
  • osteotomie <1 jaar na trauma
  • angulatie malunion ≥20 graden
23
Q

wat zijn de kenmerken van fatpad atrofie?

A
  • vermindering volume plantair vetweefsel onder de hiel
  • door microtrauma of corticosteroïden
  • echo: fatpad <3-12 mm, of afname bij compressie
  • behandeling: ontlasting fatpad door heel cup
24
Q

wat zijn keys voor het herkennen van een achillespeesruptuur?

A
  • acuut moment
  • knap gehoord/gevoeld
  • pijn hoeft niet op voorgrond te staan
  • moeite met belasten, wandelen wel mogelijk
  • LO: delle, zwelling, voet in verlengde positie, afwijkende thompson test
25
Q

hoe wordt de diagnose tendinopathie gesteld?

A

klinisch:
- lokale belasting afhankelijke pijn
- lokale zwelling
- lokale palpatiepijn

26
Q

hoe ziet de DD van achillespees blessures er uit?

A
  • midportion achilles tendinopathie
  • insertie achilles tendinopathie
  • bursitis retrocalcanei/superficialis
  • achillespeesruptuur
  • plantaire fasciopathie
  • flexor hallucis longus tendinopathie
  • posterieur enkel impingement
  • enthesitis in kader van reuma
  • familiaire hypercholesterolemie
27
Q

wat zijn de kenmerken van enthesitis in het kader van reuma, bij achillespeesblessures?

A

ontsteking aanhechting pees door inflammatoir probleem

letten op:
- psoriasis
- colitis/crohn
- familieanamnese
- uveïtis
- ochtendstijfheid
- nagel psoriasis
- dactylitis
- enthesitis
- beweging en medicatie effect

28
Q

wat zijn kenmerken van familiaire hypercholesterolemie?

A
  • arcus lipoïdes
  • hele dikke pezen
  • behandeling met statines
29
Q

wat zijn risicofactoren voor tendinopathie van de achillespees?

A
  • eerdere tendinopathie
  • wintertraining
  • abnormaal gangpatroon
  • fluoroquinolonen
  • kuitspierkracht
30
Q

wat toont aanvullend onderzoek bij tendinopathie van de achillespees?

A

echo:
- hypoechogene zones
- verhoogde doppler flow
- verdikking pees

röntgen:
- calcaneus vorm (haglund morfologie)
- calcificaties insertie achillespees

31
Q

wat zijn de overwegingen bij het conservatief of operatief behandelen van een achillespeesruptuur?

A

conservatief: grotere kans reruptuur

operatief: kans op complicaties, hogere kosten

32
Q

hoe behandelen we achillespeesblessures conservatief?

A
  • educatie
  • belastingsaanpassing (pijn monitoring model)
  • oefentherapie
  • verwachtingsmanagement –> vaak maar 50% die terugkomt in sport
33
Q

welke vormen van oefentherapie zijn mogelijk bij achillespeesblessures?

A
  • isometrisch –> wall sit, lunges
  • isotonisch –> calf raises in stand/squat/lunge
  • plyometrisch –> springen
34
Q

wat is het verschil tussen de oefentherapie bij midportion of insertie achilles tendinopathie?

A

insertie –> altijd met vlakke ondergrond

midportion –> opbouwend in dorsaalflexie

35
Q

wat zijn aanvullende behandelingen voor achillespeesblessures?

A
  • shockwave therapie
  • nitraatpleisters
  • injectiebehandelingen
36
Q

wat werkt voornamelijk niet als behandeling van achillespees blessures?

A
  • ijs
  • NSAID
  • corticosteroïden injectie
  • lokale massages
37
Q

hoe kan operatief achillespees blessures behandeld worden?

A
  • mediaal incisie –> openen peritendineum
  • debridement pees (wanneer afwijkend)
  • multipele longitudinale tenotomieën voor herstelbevordering
  • eventueel calcaneus osteotomie bij insertie gerelateerde klachten