week 5 hoofdstuk 3 en hoorcollege 7 Flashcards

1
Q

absolutisme betekenis, onderliggende factor en rol van cultuur (opvatting over cultuur en emoties)

A
  • alle psychologische variabelen zoals emoties zijn hetzelfde in alle culturen
  • biologisch
  • beperkte factor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

relativisme betekenis, onderliggende factor en rol van cultuur (opvatting over cultuur en emoties)

A
  • alle psychologische constructen worden beïnvloed door de cultuur, dus kan er geen vergelijking plaatsvinden
  • cultureel
  • aanzienlijke factor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

universalisme betekenis, onderliggende factor en rol van cultuur (opvatting over cultuur en emoties)

A
  • alle psychologische constructen komen in alle culturen overeen, maar cultuur beïnvloed de ontwikkeling en manifestatie van psychologische kenmerken.
  • biologisch en cultureel
  • aanzienlijke factor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

affect evaluatietheorie van jeanne tsai

A

emoties die culturele waarden bevorderen worden meer gewaardeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zouden aziaten volgens de epistemologie meer ervaren dan westerse cultuur

A

emotionele complexiteit. Dat betekend dat tegengestelde emoties tegelijkertijd worden ervarn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn de hofstede cultuurdimensies (5)

A
  • machtafstand
  • onzekerheidsvermijding
  • individualisme vs collectivisme
  • mannelijkheid vs vrouwelijkheid
  • lange termijn vs korte termijn oriëntatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

etnografieën

A

diepgaande beschrijvingen van het sociale leven van leden van een bepaalde cultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

etnografie is meestal gebaseerd op discours

A

middelen waarmee mensen hun taal gebruiken om duidelijk te maken wat hun emotionele ervaringen zijn op sociaal niveau. vb roddelen of excuses

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

verschil gehypercipieerde en gehypocipieerde emoties

A

hypercipieerd staat voor een emotie waarvoor een samenleving veel verschillende termen heeft en hypocipieerd staat voor emotie waarvoor een samenleving weinig verschillende termen heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke tranen worden gevormd door klieren onder het ooglid

A

basale tranen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke tranen worden gevormd door klieren boven het oog

A

irritatietranen of emotietranen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

waarom huilen baby’s

A

om dichter om dichter bij de verzorger te komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welk type huilen neemt af met de leeftijd

A

huilen om fysieke pijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

welk type huilen blijft een grote rol spelen gedurende het hele leven

A

huilen om verlies en machteloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

enkele factoren die leiden tot individuele verschillen in huilen zijn (6)

A
  • geslacht
  • niveau van sociaal-emotionele ontwikkeling
  • leeftijd
  • persoonlijkheid
  • cultuur
  • blootstelling aan traumatische ervaringen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

drie factoren die bepalen of we opluchting ervaren na het huilen

A
  • goede psychologische conditie: depressieve mensen zullen weinig opluchting voelen na het huilen
  • provocerende situatie: oncontroleerbare situaties geven vaak een slechter gevoel dan controleerbare situaties.
  • reactie van anderen op het huilen
17
Q

belangrijkste interpersoonlijke effecten bij huilen

A
  • uitlokken van hulp
  • sociale verbondenheid
  • verminderen van agressie
18
Q

4 mechanismes wat tot huilen leid

A
  • blootstelling: aan emotionele situaties in het leven
  • waardering: in hoe emotionele situaties bekeken worden
  • emotionele impact: huildrempel
  • uiten: onderdruk je het of niet.