Week 4: EFT Flashcards
1
Q
EFT
A
emotion-focused therapy
2
Q
van wie was cliëntgerichte psychotherapie?
A
Carl Rogers
3
Q
van wie is Emotion-Focused Therapy?
A
Les Greenberg
4
Q
aan de basis van EFT ligt:
A
- empathie
- therapeutische band
5
Q
humanistisch mensbeeld:
A
- zelf-helend vermogen
- zelactualisatietendens
6
Q
EFT is een combi van:
A
- Persoonsgerichte experiëntiële psychotherapie
- emotietheorie
- markers en taken: Gestaltprincipes
7
Q
doel van EFT
A
- changing emotion with emotion
8
Q
relatie-aspecten van EFT
A
actief volgen en sturen van proces
9
Q
volgt of stuurt de therapeut?
A
die volgt, want de kennis zit in de cliënt
10
Q
wat is emotie volgens EFT?
A
- een adaptieve manier van infoverwerking
11
Q
emotietheorie in EFT
A
emotie –> need –> actie
12
Q
emotieschema in EFT
A
- representatie van ervaring & plan van actie
13
Q
welke componenten in emotieschema in EFT?
A
- situationeel element
- resonatie in lijf
- conceptueel element (betekenis)
- motivationeel gedragselement
14
Q
4 emotieresponsen in EFT:
A
- primair adaptief
- primair maladaptief
- secundair reactief
- instrumenteel
15
Q
Primair adaptieve emotie respons
A
- directe, oorspronkelijke, niet geleerde reactie op een situatie
- situatie –> primaire emotie –> adaptieve reactie