Week 3 HC 4: Obesitas is een ziekte Flashcards

1
Q

Wat zijn anorexigene factoren?

A

Verzadigingsfactoren: onderdrukken eetlust. POMC-neuronen, melanocyt stimulerend hormoon (MSH), melanocortine 4 receptor (MC4R) (enige in de 2e orde)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn orexigene factoren?

A

Hongerfactoren: Agouti Related Peptide (ARP), neuropeptide Y (NPY)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Vetcellen scheiden een stof af:

A

Leptine, de concentratie hiervan in het plasma zegt iets over de vetopslag in het lichaam. Leptine inhibeert afgifte van neuropeptide Y in de hypothalamus (dus je krijgt minder honger)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt leefstijlinterventie in?

A

Een goede balans tussen energie-inname en energieverbruik.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de belangrijkste moderator van energie-inname en energieverbruik?

A

Gedrag. Tevens het moeilijkste om aan te passen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer wordt een behandeling van overgewicht als effectief gezien?

A

Als er in een jaar minstens 5% gewichtsverlies is geweest of als een groeiend kind op gewicht kan blijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Obesitas met een onderliggende ziekte kan veroorzaakt worden door:

A

Medicatie, verkeerde hormoonhuishouding, syndromen, monogenetische obesitas, chronische ziekte met immobiliteit, hypothalame obesitas (door hersenschade)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe herken je obestas door verkeerde hormoonhuishouding?

A

Afbuigende lengte of gestalte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer moet je aan genetische oorzaken (zoals syndromen) denken bij een kind met obesitas?

A

Wanneer de obesitas onder de 5 jaar oud begint, of er extreme hyperfagie is (abnormaal verhoogde eetlust). Bij in syndroom is er ook nog sprake van ontwikkelingsachterstand.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat doet het GNAS gen?

A

Het codeert voor een membraangebonden receptor dat een rol speelt in de verwerking van meerdere hormonen: TSH, ACTH, PTH, LH, FSH, oxytocine, etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is het energieverbruik bij iemand met een GNAS gen mutatie? Wat is er nog meer anders?

A

70%, De verwerking van snelle suikers is ook anders (dit moet dus absoluut uit het dieet worden geschrapt).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe heet de afwijking door GNAS gen mutatie?

A

Pseudohypoparathyreoïdie (PHP)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de kenmerken van PHP?

A

Obesitas op vroege leeftijd, rond gezicht, verhoogde botleeftijd, hyperfagie, hyperandrogenisme, soms brachydactylie (verkorte vingerkootjes) of subcutane ossificaties (verbening net onder de huid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly