Week 2 HC 3: Congenitale afwijkingen van hoofd, hals, en romp Flashcards

1
Q

Brachycephalie

A

Vroegtijdig sluiten van beide coronanaden, daardoor kort en breed hoofd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Trigonocephalie

A

Vroegtijdig sluiten metopicanaad (voornaad), daardoor driehoeksvormig/puntig hoofd en ogen dichtbij elkaar (hypotelorisme)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Scaphocephalie

A

Meest voorkomende vorm. Vroegtijdig sluiten van de pijlnaad (sagittaalnaad), daardoor lang hoofd (bootvormig)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Plagiocephalie

A

Vroegtijdig sluiten een van de coronanaden. Synostotisch of deformationeel (houdingsafwijking).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het syndroom van Apert

A

Meerdere craniosynosthoses. Beide coronanaden zijn dichtgegroeid en de andere naden zijn juist uitgerekt. Ogen staan ver uit elkaar (hypertelorisme). Vaak ook hypoplasie van de maxilla, en syndactylie (vingers aan elkaar).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe noem je ogen die te dichtbij elkaar staan? en te ver?

A

Hypotelorisme, hypertelorisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Medische term cycloop

A

Synophtalmia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat gaat er mis bij facial cleft?

A

de fusie van de prominentia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat houdt de classificatie van Tessier in?

A

Er zijn 7 patronen waar je facial cleft aan kan herkennen en beschrijven. Er zijn verschillende lijnen waar facial cleft kan optreden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat houdt de classificatie van vd Meulen in?

A

Hierbij wordt er meer gekeken naar waar de anatomische overgangen zitten van de aangezichtsbeenderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke combinatie van Tessier heeft het syndroom van Treacher Collins? Uit welke mutatie komt het voort?

A

lijnen 6, 7 en 8. Mutatie in het TCOF1 gen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is blefaroschisis?

A

Verkeerde aanlegging van de oogleden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is ptosis?

A

Hangend ooglid. Komt door een probleem met m. levator palpebrae.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is epicanthus?

A

Plooi over de mediale canthus (normaal bij Aziaten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is telecanthus?

A

Mediale canthus is verplaatst waardoor er hypertelorisme is en een verkort oog omdat de laterale canthus op hetzelfde niveau nog ligt. Verbreede neusbrug

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is macrostomie?

A

Hele grote, open mond, doordat de facial cleft de mond opent. de m. orbicularis vormt niet een hele cirkel.

17
Q

Wat is microtie?

A

Kleine oren

18
Q

Wat is anotie?

A

Geen oorschelp

19
Q

Wat is/waardoor komt een bijoor?

A

Extra knopje

20
Q

Waardoor ontstaan aftaande oren?

A

onder ontwikkelde antihelixplooi, te diepe concha, te grote hoek tussen concha en scapha.

21
Q

Wat is hemifaciale microsomie?

A

Meest voorkomende kaakafwijking. Afw. aan de mandibula (onderkaak) en oor.

22
Q

Wat zijn 3 afwijkingen aan de hals?

A

mediane/laterale halscyste, torticollis (verkorte sternocleidomastoideus), Webbed neck (bij Turner)

23
Q

Hoe heet de afwijking waarbij er een kuiltje in het sternum is?

A

Pectus excavatum (vooral bij mannen, je kunt dit uitdeuken)

24
Q

Medische term voor kippenborst

A

Pectus carinatum

25
Q

Wat is het Poland syndroom?

A

Ontwikkelingsprobleem van sternale kop van de m. pectoralis major. Hypoplasie borst, tepel, spier, en arm. Bij vrouw leidt dit ook tot minder borstgroei aan dei kant.