Week 3 HC 3: Patiënt met aangeboren afwijkingen Flashcards

1
Q

Wat houdt meningomyocele in?

A

Het is een vorm van spina bifida. Er is uitpuiling van het myelum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat voor afwijkingen worden vaak meegebracht met MMC?

A

Skelet: klompvoet, scoliose
Tractus urogenitalis: incontinentie, urineweginfectie, obstipatie, deficatiestoornissen.
Centraal zenuwstelsel: hydrocephalus > cognitieve stoornissen, Arnold Chiari malformatie (type 2)
Perifere zenuwstelsel: motorische en sensibele stoornis onder de laesie, hoe hoger de MMC hoe meer functieverlies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is Arnold Chiari malformatie?

A

Herniatie van het cerebellum in het ruggenmerg wat kan lijden tot verhoogde intracraniale druk (hydrocephalus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is het sunset-fenomeen?

A

Door hydrocephalus naar beneden kijken waardoor er veel oogwit boven de iris is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat voor type blaasproblemen kunnen er ontstaan bij MMC?

A

Hyperactieve neurogene blaas, of neurogene atone blaas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt een MMC neurogene blaas behandeld?

A

Katheterisatie om urineweginfecties te voorkomen
Antibioticaprofilaxe
Anticholinergica (tegen spastische blaas)
Blaasaugmentatie (of appendicovesicostomie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het Potter syndroom?

A

Een ernstige urologische afwijkingen en gelaatsafwijkingen waarbij er bilateralie renale agenesie is of bilaterale multicysteuze dysplastische nieren zijn. Gaat vaak ook samen met laagstaande oren en brede neusbrug.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly