week 2, HC.6 - Antigeenherkenning door T-cellen Flashcards
welke 2 markers definieren thymusstadia
- CD4
- CD8
welke 2 typen van diversiteit zijn er voor antigenen
combinatiediversiteit
junction diversiteit
hoe verloopt de migratie vna T-cellen in de thymus
op basis van chemokinen
wat zijn de drie kenmerken van t-cel differentiatie zijn er
- maturatie
- proliferatie
- celdood (apoptose) –> enkel goede cellen
wat voor soort selectie ondergaan de T-cellen
positieve selectie – > in de cortex –> T-cellen goed hun eigen HLA herkennen (ook niet te sterk)
negatieve selectie –> in de medulla –> cellen eruit gooien die auto reactief zijn
hoe word de tolerantie door negatieve selectie tot stand gebracht
expressie van weefselspecifieke antigenen door autoimmune regulator in thymus medulla
AIRE-gen ! maakt deze antigenen
wat is de centrale tolerantie
voorkomen van auto-immune cellen
vormen van perifere tolerantie op auto-immune t-cellen
regulatoire T-lymfocyten –> onderdrukking geactiveerde cel
apoptose
anergie (stilhouden)
wat is de cellulaire resposn van de T-cellen
naive T-cel contact
clonale expansie
differentatie –> effector T cellen
minder cellen –> apoptose
geheugencellen
wat is een belangirjke signaal voor CD4+ T-celactivatie naast HLA presentatie
CD80 of CD86 - CD28 interactiie
wat zijn de meerdere typen vna CD4+ T-helper cellen
Th17 –> regulatie van ontsteking
Th2 –> regulatie van humorale immuniteit
Th1 –> macrofaag activatie regukatie van de humorale immuniteit
TfH –> differetiatie van B-lymfocyten
wat doen TCRgamma-delta Tcellen
- herkenning van antigeen zonder klasiek MHC
- snelle effector respons
– tussen innate en adaptief in
V delta 2 cellen (in bloed) –> herkenning van fosfoantigenen van micro-organismen of dode cellen
- productie van inflammatoire cytokinen
Vdelta1 cellen (in weefsels)
- herkennen van stess-geinduceerde MHC-achtige moleculen